De rol van De Hoop Scheffer
Deze week presenteert de commissie-Davids haar rapport over de Nederlandse rol bij de aanval op Irak in 2003. Belangrijkste punt zal zijn of de Nederlandse inlichtingendiensten te veel hebben geleund op de informatie van hun Amerikaanse en Britse collega’s. Daarnaast hoopt Den Haag op uitsluitsel over de geruchten dat Nederlandse F-16’s, duikboten en commando’s betrokken zijn geweest bij verkenningen in en om Irak in de aanloop van de shock and awe-aanval. Een cruciale rol in het rapport speelt premier Jan Peter Balkenende.
Na de presentatie zal er onvermijdelijk een debat volgen, waarbij niet valt uit te sluiten dat de Kamer zal pleiten voor een parlementaire enqute. Mocht Balkenende na zijn premierschap nog een internationale functie ambiëren, dan zal een vernietigend oordeel van de Kamer over zijn optreden daar niet bij helpen.
In de wandelgangen gaat het gerucht dat er al een kop-van-jut klaarstaat: toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Jaap de Hoop Scheffer.
Nadat Balkenende in september 2002 een for your eyes only-brief van Tony Blair over Iraakse vernietigingswapens had gekregen die hij niet met het kabinet deelde, meldde De Hoop Scheffer de Kamer in augustus 2003, vijf maanden na de inval, in een schrijven over hetzelfde onderwerp: “Ten slotte beschikte de regering over de inlichtingen die de MIVD en de AIVD uit eigen bronnen hebben.” En dat is een cruciaal zinnetje, want dat betekent dat Balkenende niet blind heeft gevaren op de foutieve informatie van zijn collega Blair. Het worden spannende weken in het Haagse.