Lokhomo’s en -joden
Homoseksuele stellen worden Utrecht uitgepest, in Amsterdam kan een rabbijn niet over straat zonder lastiggevallen te worden. Sterker nog, in de hoofdstad is een schuilsjoel, een synagoge die niet als zodanig herkenbaar is omdat de lokale joodse gemeenschap bang is voor geweld en intimidatie.
De Amsterdamse VVD wil nu lokhomo’s inzetten, het kersverse PvdA-Kamerlid Ahmed Marcouch voelt wel wat voor lokjoden. Lovenswaardige initiatieven die paal en perk stellen aan de intimidatie van deze groepen. Zou je denken. Want GroenLinks denkt daar anders over, zo schreef het Amsterdamse raadslid Evelien van Roemburg vorige week een vlammend artikel op het VARA-vehikel Joop.nl. Het inzetten van lokhomo’s is volgens haar strafbaar (Artikel 47 lid 1 sub 2 van het Wetboek van Strafrecht). Volgens Van Roemburg komt homogeweld voort uit een ‘verstoord zelfbeeld’. De oplossing? “In het jongerenwerk in Amsterdam sterker inspelen op de straatcultuur van bepaalde jongens.” U weet wie die jongens zijn: Amsterdams-Marokkaans straattuig. Mocht het inderdaad zo zijn dat het inzetten van een lokhomo in strijd is met de wet, dan was het logischer geweest als Van Roemburg voor een wetsverandering had gepleit dan een noodzakelijke maatregel ernstig te frustreren op grond van een bezopen en onwerkelijk principieel standpunt.
De opmerkingen van Van Roemburg illustreren ook de gapende kloof die GroenLinks verdeelt. Partijleider Femke Halsema pleitte namelijk onlangs voor strengere straffen inzake hate crimes. Homo’s en joden kunnen in delen van Nederland niet meer veilig over straat. Het zou GroenLinks sieren als ze dát eens zou veroordelen.
