Spring naar de content

Stop de idiote goededoelenacties

De 48-jarige Australiër Pat Farmer is eerder deze week aangekomen op de zuidpool. Bijzonder, maar extra bijzonder omdat hij helemaal kwam rennen vanaf de noordpool. In minder dan een jaar tijd legde hij de 21.000 kilometer af, allemaal voor het Rode Kruis. Naar eigen zeggen doorstond hij sneeuwstormen, hij verdwaalde in de woestijn, ontweek ijsberen, slangen en krokodillen, moest vluchten voor gewapende bendes en werd bijna overreden door een vrachtwagen.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Mark Traa

Dat is een knappe prestatie. Maar eigenlijk is het natuurlijk vooral krankzinnig. Ik kan dan ook geen medelijden opbrengen voor iemand die een dergelijke roekeloze onderneming begint en dan ook nog gaat dwepen met de gevaren die hij onderweg is tegengekomen. Die waren tevoren namelijk geheel en al te verwachten. Wie de wereld rond zeilt, zal vanzelf een keer storm oogsten. Wie bergen beklimt, zal ooit een lawine tegenkomen. Wie de Vierdaagse loopt, kan blaren verwachten. Wie door Afrika gaat rennen, zal dus een keer over een krokodil struikelen.

Vroeger ondernamen mensen extreme expedities om nieuwe landen en volkeren te ontdekken (om die vervolgens uit te buiten, maar dat terzijde). Toen liep je ook nog daadwerkelijk de kans om iets bij te dragen aan de kennis van de wereld. Dat kan niet langer: er bestaan geen onontdekte landen meer. Wie nu een gevaarlijke reis gaat ondernemen, doet dat voor zichzelf. Zie de solitaire zeezeiler Henk de Velde, die we tot vervelens toe met ijspegels in zijn snor zagen afzien wanneer er in een poolstorm weer eens een mast van zijn schip was afgebroken. Waarom moesten we dat zien? Om doordrongen te raken van zijn heldendom? Het lukt me maar niet om medelijden te krijgen met iemand die voor zijn eigen lol de oceanen opgaat en vervolgens bibberend voor de camera vertelt over de harde wind.

En wie het doet voor een goed doel? Dat valt op zich natuurlijk te prijzen, maar dan alleen wanneer dat goede doel niet de expeditiekosten financiert – alleen dán is het motief van de waaghals zuiver. Het is eigenlijk ook veelzeggend dat er kennelijk steeds extremere acties nodig zijn om mensen nog te bewegen hun portemonnee te trekken voor een goed doel. Zes maal met de fiets de Alpe d’Huez op, een week vasten in een glazen huis, kruipwedstrijden, eetcompetities: er moet tegenwoordig een tegenprestatie worden geleverd om ons te bewegen om geld te schenken. We willen bang for the buck, zelfs wanneer er wordt geappelleerd aan onze compassie. De opbrengst van de gewone collectes aan de deur loopt intussen terug, terwijl die toch echt dezelfde charitatieve organisaties dienen als de acties van de waaghalzen. Om te voorkomen dat er straks geen geld meer wordt ingezameld zonder dat een idioot zijn leven op het spel zet, zou u gewoon weer uw portemonnee kunnen trekken aan de voordeur.

Onderwerpen