Spring naar de content

Glenn Cowan en de Ping Pong Diplomatie

Op een van de weinige sportfoto’s die het aanzicht van de wereld een klein beetje veranderden, staan twee jonge jongens die in de camera grijnzen. Een keurig gekapte Chinees en een langharige Amerikaan.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Frank Heinen

De een toont een T-shirt met het vredesteken en de woorden ‘let it be’, de ander een tapijt met een afbeelding van de Huangshan Mountains. De een, Zhuang Zedong, is op dat moment een van ’s werelds beste tafeltennissers. De ander, Glenn Cowan, denkt dat hij dat ook is.

Pingpongende hippie
Glenn Cowan ging in 1971 naar China als een onbekende, een jongeman bij wie de vrouwen en de marihuana definitief zijn liefde voor het tafeltennis hadden geënterd. Sinds zijn dood, enkele jaren voordien, was hij van een sportjongen veranderd in een hippie, die experimenteerde met drugs en sneller versleet dan sportsokken.

Ooit was hij een reusachtig talent geweest, voor Amerikaanse begrippen dan. Dat er achter dat ondoordringbare gordijn van bamboe duizenden jongetjes dag in, dag uit op een volstrekt ander niveau aan pingpong deden, daarvan was men zich in Amerika destijds nog maar nauwelijks bewust.

Cowan is een beroemdheid
Volgens de verhalen is het Mao Zedong zelf die Glenn Cowan en zijn teamgenoten heeft uitgenodigd voor een demonstratietoernooi. Het is 1971, de Koude Oorlog was op haar hoogtepunt en de gevechten in Vietnam winnen nog iedere dag aan grimmigheid.
Cowan en zijn teammaats zijn beroemdheden in China. Wanneer ze de straat opgaan, worden ze op de voet gevolgd door honderden fans, die niets liever willen dan hen even aanraken. Wanneer Cowan speelt, draagt hij een karakteristieke rode hoofdband en zijn Let it be-shirt.
En dan volgt die foto, die foto die de wereld rondgaat.

Glenn Cowan, die als een blowende hippie-sporter naar China was vertrokken, keert in Amerika terug als een politieke held, iemand die de wereld een beetje veranderd heeft. Amerikaanse kranten schrijven van de Ping Pong Diplomatie en over Cowan als een man met invloed op de wereldpolitiek.

MGM
Het probleem is: Glenn Cowan gelooft dat. Hij meldt zich openlijk als de ideale mediator voor een gesprek tussen de Chinese premier Zhou Enlai en Richard Nixon. Tegelijk beseft hij dat dit het moment is om zijn roem te gelde te maken: hij brengt een instructieboekje uit, een pilot voor een tv-programma (nooit uitgezonden) en reist braderieën en kermissen af.
Even, heel even, is hij de rockster die hij altijd al wilde zijn.

Al gauw droogt de bron op, sneller dan verwacht. Cowan stopt met tafeltennis en wordt docent, maar die carrièremove lost zijn problemen niet op: hij hervat zijn druggebruik. Bij een concert van de Rolling Stones roept hij de hele avond dat hij een intense verbintenis met Mick Jagger voelt. Volgens Cowan staan de letters MGM niet voor niets voor Mao, Glenn en Mick.

Schizofreen
Wanneer hij bij een psychiater belandt, is de diagnose al snel gemaakt: Glenn Cowan is schizofreen. Hij is geen politieke held, hij is een patiënt.
De buitensporige opwinding die gepaard gaat met zijn manische periodes wordt zijn hart uiteindelijk teveel: Cowan sterft op 6 april 2004, 52 jaar oud. De banden met China worden langzaam maar zeker een beetje aangehaald, maar de Ping Pong Diplomatie is al lang voor zijn belangrijkste vertegenwoordiger een stille dood gestorven.