Sebastiaan Verschuren, op papier de snelste zwemmer ter wereld
“Oh jullie komen voor Sebas?” vraagt de badjuf achter de kassa bij de ingang van het Sloterparkbad. “Wacht hier maar even.” Een paar minuten later komt Sebastiaan Verschuren het zwembad binnen. Hij is er kind aan huis. Iedereen begroet hem vriendelijk. Hij haalt een kopje koffie voor ons en zoekt een tafeltje in de kantine.
Van zijn website Vrienden Van Verschuren spat het vertrouwen en enthousiasme af. Voor veel mensen is London 2012 nog maar net afgelopen, maar Sebastiaan is alweer volledig gefocust op de volgende Spelen in Rio de Janeiro in 2016. Begin januari twittert hij al: “Periode 0 is begonnen, zin in!” Hoe laadt hij zich weer op voor 20 uur trainen per week gedurende de komende drie en een half jaar?
“Na Londen heb ik eerst twee maanden echt niks met zwemmen gedaan,” vertelt hij. Even afstand genomen dus. Van deze break getuigen de leuke verhalen en foto’s op zijn website waarin hij in een bubbelbad Cava test en met vrienden een goed Belgisch restaurant probeert. Hij heeft genoten van die twee maanden rust, maar is duidelijk blij dat hij nu weer kan doen wat hij het leukste vindt: zwemmen. “Na die twee maanden ben ik alleen voor het gevoel even zo’n vier/vijf keer per week gaan zwemmen. Sinds januari zit ik weer in het ‘regime’ van 10x per week”.
Serieus en gefocust
In Londen werd hij vijfde op het koningsnummer, de 100m vrij. Iets wat niemand zes jaar geleden van hem, als specialist op de langeafstand ooit had kunnen verwachten. Door die focus op het lange afstandszwemmen lijkt hij als zwemmer laat doorgebroken. Hij is van 1988. “Bij het zwemmen van afstanden als 1500 meter doet de start er niet zoveel toe.”, legt hij uit. “Dat is zo’n kort moment op zo’n lange afstand, als je een slechte start hebt, heb je nog alle kans om dat later goed te maken. Daarom heb ik daar vroeger nooit echt op geoefend. Maar op de 100 meter krijg je die kans niet”.
“Ik verdrink,” zegt fotograaf Lizette, terwijl ze probeert zichzelf en de onderwatercamera boven water te houden. Sebastiaan blijft serieus en gefocust. Hij staat op het startblok. Strak, afgetraind lichaam. Voor de zoveelste keer duikt hij het water in. De 0.08 seconde die hem in Londen scheidden van het podium zijn voor hem “8 redenen om nog beter zijn best te doen”. “WK, EK, alles is een tussenstop naar Rio 2016.” Tot die tijd zal hij nog veel starts en keerpunten oefenen.
Op papier de snelste zwemmer
Sebastiaan staat bekend om zijn slechte start en keerpunten. “Op papier ben ik de snelste zwemmer ter wereld,” vertelt hij trots. “Ik laat het liggen bij de start en de keerpunten. Gelukkig blijkt uit analyses dat mijn slechte start niet komt door mijn reactievermogen, maar door mijn gebrek aan sprongkracht. Dat is goed nieuws, want sprongkracht kun je trainen. Dat geldt ook voor het afzetten bij het keerpunt.” Naast al die uren kilometers in het bad doet hij daarom ook veel aan landtraining voor het verbeteren van zijn explosiviteit en kracht.
“Natuurlijk is het niet altijd leuk”. Zo kreeg zijn trainingsmaat vorig jaar kanker. “Dat was wel echt even een klap in mijn gezicht.” Maar ook iets wat hem ook aan het denken zette. Zo mocht zijn vriend vanwege de chemokuur een tijd niet zwemmen. “Bij zoiets merk je pas hoe bevoorrecht je bent om te mogen doen wat je het allerleukst vindt. Om vier uur per dag te trainen moet je het gewoon leuk vinden. Ik heb een paar keer een kleine blessure gehad en dan merk ik pas hoe erg ik het vind als ik niet màg zwemmen. Je bent topsporter omdat je het gewoon het allerleukste vindt dat er is. Dat is dan ook de rol van mijn coach, om mij waar nodig af te remmen”.
Over het Rio 2016 project
In 2016 is Brazilië de host van de Olympische Zomerspelen. Ondanks dat Londen 2012 maar net achter de rug lijkt, zijn de Nederlandse topatleten inmiddels alweer volop aan het trainen voor Rio 2016. De komende drie en een half jaar volgt fotografe Lizette van der Kamp samen met journalisten Marijn de Vries en Hanneke Grutterink de vorderingen van topatleten als Marianne Vos (Olympisch kampioen wielrennen), Dorian van Rijsselberghe (Olympisch kampioen RS:X), Nouchka Fontijn (Boksen), Anicka van Emden (Judo), Eelke van Meer (Rugby 7s) en Sebastiaan Verschuren (Zwemmen). Het project is te volgen via: rio2016project.com
Lizette van der Kamp is fotograaf en werkt als ingenieur bij Artsen zonder Grenzen. In haar boek London Calling portretteerde ze meer dan 45 atleten op hun weg naar de Olympische Zomerspelen in 2012.
Hanneke Grutterink is journalist en volgt op dit moment de masterclass onderzoeksjournalistiek van De Groene Amsterdammer.
Marijn de Vries is columnist en wielrenster en schreef samen met Nynke de Jong het boek Vrouw en fiets.
