David Van Reybrouck wil ons een koloniale spiegel voorhouden
Niet alleen in Nederland proberen we kritischer te kijken naar ons koloniale verleden in Nederlands-Indië, ook de Vlaamse schrijver David Van Reybrouck is bezig aan een boek over onze voormalige kolonie. Dat zegt hij in een interview met het tijdschrift HUMO.
Van Reybrouck probeert met dit nog titelloze werk het succes van het boek Congo te evenaren. In dat boek houdt Van Reybrouck de Belgische geschiedenis in de toenmalige Afrikaanse kolonie van onze zuiderburen kritisch tegen het licht. Hij wint met Congo in 2010 onder meer de AKO Literatuurprijs en de Libris Geschiedenis Prijs.
“Geen Nederlander durft het aan,” zegt Van Reybrouck in het interview. “Ik heb zoveel Indonesiërs gesproken die slachtingen hebben gezien, en ik bleek de eerste te zijn die kwam vragen hoe ze de koloniale periode zélf hadden beleefd.”
Verloren oorlog
“De Nederlanders moeten nog beginnen aan het onderzoek naar hun politionele acties – zéventig jaar na datum,” vervolgt hij. Echter vergeet Van Reybrouck onder meer de publicatie van het boek Tabé Java, Tabé Indië van de Nederlandse schrijver en onderzoeker Ronald Nijboer. In een interview met deze site erkent Nijboer dat er te lang is weggekeken. “De dekolonisatieoorlog was een verloren oorlog. Daarom hebben we er nooit echt naar willen kijken.”
De tekst gaat hieronder verder.
Na de oorlog wordt het conflict doodgezwegen, vertelt Nijboer, wiens opa een Indiëveteraan was. “Hij beschrijft het mooi in zijn dagboek. ‘Mensen vragen hoe het weer daar was en of de mensen ook Nederlands spraken,’ schrijft hij. ‘Maar ze begrijpen mij totaal niet.’”
Toch beginnen we zeventig jaar na dato volgens Nijboer mondjesmaat over het conflict te praten. “We willen het er niet veel over hebben,” zegt hij. “Ik denk dat het een belangrijk onderdeel is van onze geschiedenis waar we juíst aandacht aan moeten besteden.”
