Spring naar de content
bron: ANP

De EU heeft haar slechte naam geheel aan zichzelf te danken

Niemand die het zich nog herinnert maar een maand geleden waren er Europese verkiezingen. 751 zetels werden er verdeeld; België mocht 21 parlementsleden afvaardigen, Nederland 26, en voor Nederland kunnen daar na de Brexit nog een drietal zetels bijkomen. Na de Brexit dus. Ooit.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Roderik Six


Verder weet ik weinig over het Europees Parlement. Bovenstaande info heb ik van een duffe overheidssite geplukt. Hoewel Europa een immense impact heeft op de nationale wetgeving en ondermeer streng toeziet op hun begrotingen, besteden de media amper aandacht aan de Europese verkiezingen. Zelf kan ik me niet herinneren op wie ik heb gestemd; ik vermoed dat ik gewoon mijn nationale voorkeur heb doorgetrokken maar ik zou opnieuw moeten opzoeken of mijn kandidaat ook verkozen werd.

Als Europa al de voorpagina’s haalt, dan gaat het om de verdeling van de postjes. België mocht zegevieren: premier Michel sloeg zijn slag en wordt voorzitter van de Europese Raad. Het is al de tweede keer dat een Belg die functie invult; de eerste was Herman Van Rompuy – u kent hem niet maar hij lijkt een beetje op Yoda en in zijn vrije tijd schrijft hij haiku’s. Volgens mij leeft hij nog maar ook dat zou ik moeten opzoeken.

Abboneer op een lidmaadschap

Flinke korting op een digitaal jaarabonnement

Sluit nu voordelig een abonnement af en maak kennis met de journalistieke kracht van HP/De Tijd. (Op elk moment opzegbaar.)

Word abonnee

Nederland kwam er bekaaid vanaf. Frans Timmermans greep naast een topjob en dat werd breed uitgesmeerd over de kranten; het leek wel alsof het Nederlands voetbalelftal zich – weeral – niet wist te kwalificeren voor een groot toernooi. Het mánnelijk elftal dan toch.

Koppen tellen als gaat het om Panini-prentjes, verder gaat de berichtgeving over Europa niet. De koehandel die gepaard gaat met de verdeling van Europese topjobs is koren op de molen van eurosceptische partijen. Zolang ze aan de zijlijn staan zullen politici zoals Thierry Baudet moord en brand schreeuwen over de antidemocratische handelswijze van de Europese politici, maar zodra hun partij groot genoeg is om zelf een topjob in te vullen mag je er zeker van zijn dat hun boegeroep in een zegekreet zal veranderen.

Duitsland vaardigde een onbekende vrouw af als Commissievoorzitter. Ursula Von der Leyen staat in Duitsland niet bekend als een groot politica, maar dat doet weinig ter zake, ‘onze’ premier Michel blonk ook niet uit in staatsmanschap. Hij eindigde zijn premierschap met een reusachtig gat in de begroting – 11 miljard kwam hij tekort op het einde van de rit. Mochten premiers bedrijfsleiders zijn, ze stonden al lang op straat.

Gesjacher met vetbetaalde topjobs, een gigantisch democratisch deficit en een nieuwe Commissievoorzitter die uit haar nek kletst – je begint te begrijpen waarom Europa zo’n slechte naam heeft

Om het parlement te overtuigen van haar kunde, gaf Von der Leyen een speech die bol stond van linkse beloftes. Een belasting voor grote technologiebedrijven, een klimaatneutraal continent tegen 2050 én zowaar een Europees minimumloon. Mooie strikjes, lege dozen. Je hoeft geen economisch meesterbrein te zijn om te begrijpen dat een Europees minimumloon onhaalbaar is. In Polen bedraagt het minimumloon volgens Eurostat – nog zo’n boeiende, helder opgestelde site – nipt 500 euro, Luxemburg klokt af boven de 2000 euro. Hoe je dergelijke kloof overbrugt, is een raadsel.

Gesjacher met vetbetaalde topjobs, een gigantisch democratisch deficit en een nieuwe Commissievoorzitter die uit haar nek kletst – je begint te begrijpen waarom Europa zo’n slechte naam heeft. Ongetwijfeld doet Europa veel goeds, maar dat haalt zelden de kranten. Mocht de titel niet zo’n slechte bijklank hebben, dan zou Europa best een Minister van Propaganda kunnen gebruiken.

Taak nummer één: een betere titel bedenken.

Taak nummer twee: de Europese burger ervan overtuigen dat Europa wel degelijk meer behelst dan een vredesproject en een handelsunie.

Een brede PR-campagne is broodnodig. Ze had alvast de Brexit kunnen voorkomen want de kiemen voor die uitstap werden al begin jaren negentig gezaaid. Toen was één journalist verantwoordelijk voor het negatieve beeld dat in in Groot-Brittannië werd opgehangen van de EU. Als correspondent van The Daily Telegraph spuide hij op de voorpagina van zijn tabloid de grootse onzin over de vermeende dictatuur van Brussel. Broodjeaapverhalen over uniforme condoommaten en het verbod op kromme bananen of ontbijtworsten – ze werden kritiekloos overgenomen door serieuzere kranten. De EU vond geen manier om de journalist te counteren en haalde na een tijd zelfs de schouders op: die clown zal wel ontmaskerd worden, geen burger die erin trapt. Helaas. De journalist in kwestie stapte in de politieke arena en groeide ondanks – of net dankzij? – zijn frappante leugens uit tot één van de meest invloedrijke politici van het moment.

Zijn naam? Boris Johnson.

Onderwerpen