Spring naar de content
bron: anp

De afvalovens móeten branden: hoe een oplossing een probleem werd

Afvalenergiecentrales: lokale bestuurders en investeerders liepen ermee weg na de millenniumwisseling. Ze waren duurzaam en ook nog eens lucratief – ‘een geldmachine’. Inmiddels lijkt het tij gekeerd. De ovens móeten branden. Dat is niet alleen slecht voor het milieu, het botst met het streven naar een circulaire economie. Hoe een oplossing een probleem werd. Deel één van een tweeluik.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Jan Smit

Dick Kors woont sinds 2016 in de Houthaven. In een prachtige loft met uitzicht op het IJ. Omringd door ondernemers, kunstenaars, journalisten en andere ‘creatieven’. Dat bevalt uitstekend, vertelt de voorzitter van de Vereniging van Eigenaren (VvE) van een appartementencomplex in deze Amsterdamse nieuwbouwwijk. Mede vanwege de duurzame energievoorziening. Iedere woning heeft zes zonnepanelen op het dak; mochten die onvoldoende elektriciteit opwekken, dan is er groene stroom van het net. ’s Winters worden de appartementen verwarmd door middel van een aansluiting op de stadsverwarming, ’s zomers zorgt het water uit het IJ voor verkoeling. 

En toch is er een minpuntje: de verplichte aansluiting op de stadsverwarming. Dit warmtenet wordt gevoed met restwarmte van de afvalverbranding bij Afval Energie Bedrijf (AEB), een proces waarbij veel CO2 vrijkomt. Iets wat tijdens vergaderingen van de VvE nog weleens wil leiden tot ‘pittige discussies’. Gesprekken die overigens doorgaans weinig opleveren. Er is geen alternatief – Westpoort Warmte (WPW), de exploitant van de stadsverwarming, eigendom van Vattenfall en AEB, heeft een monopolie. Een warmtepomp is voor Kors en zijn buren geen optie.

Paywall

Wilt u dit artikel lezen? Word abonnee, vanaf slechts 5 euro per maand.

Lees onbeperkt premium artikelen met een digitaal abonnement.

Kies een lidmaatschap

Onderwerpen