Spring naar de content
bron: youtube left laser

Links en tolerant Nederland valt door de mand

De directeur van een debatcentrum die zijn leven lang vecht voor de vrijheid van anderen, ontneemt een lastige journalist met geweld het woord. Een minister van een kabinet dat voor tolerantie pleit, wil dat een kritische columniste geen podium krijgt. Een bekende voetballer bestrijdt racisme met eigenrichting en geweld. Ton F. van Dijk, zelf van ‘linkse’ signatuur, vindt het maar verwarrend. Wat als FvD-Kamerlid Gideon van Meijeren een journalist met geweld het woord zou ontnemen? Of de baas van Ongehoord Nederland een overlastgevende asielzoeker tegen de grond zou slaan?

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Ton F. van Dijk

Ooit was de politiek tamelijk overzichtelijk. Ik denk aan de jaren zeventig van de vorige eeuw, toen PvdA-leider Joop den Uyl het tot premier van alle Nederlanders schopte en de relatief jonge liberaal Hans Wiegel in driedelig pak oppositie voerden tegen deze socialistische verkwister van overheidsgeld. 

Het ging er soms hard aan toe en de meningen waren zeer verdeeld. Je was voor de één of faliekant tegen. En dat gold ook andersom. Polarisatie heette dat in die dagen. Het was links tegen rechts. Rechts tegen links. En iedereen begreep wat je daarmee bedoelde. 

Links stond voor meer solidariteit, meer overheidsbemoeienis en meer oog voor de zwakken in de samenleving. Maar ook voor meer geld uitgeven. En rechts wilde dat juist allemaal niet. Politiek was vanuit het links-rechts-schema relatief eenvoudig te duiden. Een geweldige tijd: ik was ‘links’ en Joop den Uyl m’n held. 

Maar inmiddels zijn het de jaren twintig van de volgende eeuw en zijn de begrippen links en rechts een stuk minder eenduidig. Zo wordt de PVV van Geert Wilders gezien als een extreme partij, maar is het lastiger te duiden als we zien dat Wilders, die een onbarmhartige migratiepolitiek beoogt (rechts) tegelijkertijd opkomt voor de ouderen en zwakken met klein pensioenen en een grote behoefte aan goede zorg (links).

Abboneer op een lidmaadschap

Flinke korting op een digitaal jaarabonnement

Sluit nu voordelig een abonnement af en maak kennis met de journalistieke kracht van HP/De Tijd. (Op elk moment opzegbaar.)

Word abonnee

Het zijn derhalve verwarrende tijden voor eenieder die – zoals ik – met de zekerheid van de links-rechtse samenleving is opgegroeid. Hoewel ik mezelf als ruimdenkend (en ‘dus’ links) beschouw, kijk ik met steeds meer verbazing naar uitingen van degenen die zich als progressief en tolerant profileren, maar daar in hun standpunten steeds minder blijk van geven. Ik geef drie actuele voorbeelden, die bijdragen aan de staat van verwarring waarin ik mij bevind.

Het zijn derhalve verwarrende tijden voor eenieder die – zoals ik – met de zekerheid van de links-rechtse samenleving is opgegroeid.

Zo bereikten ons via sociale media de beelden van Yoeri Albrecht, oud-Vrij Nederland-journalist en sinds mensenheugenis directeur van debatcentrum De Balie in Amsterdam. Albrecht is een voorvechter van het vrije woord en slaagde erin de zieltogende debattempel met meeslepende programma’s weer onmisbaar te maken. Met weinig middelen en met enorme creativiteit. Voor zijn prestaties verdient hij grote waardering. Petje af. 

Het is dezelfde Albrecht die een uitgebrande Russische gevechtsstank op het Leidseplein in Amsterdam liet plaatsen en daarbij een oproep deed om vooral op tolerante en democratische wijze in gesprek te gaan. De dialoog versus geweld als preferente vorm van communicatie. Aldus Yoeri en De Balie.

Toen een journalistieke ‘zoon’ van Rutger Castricum (de verslaggever die oud-PvdA-minister Ella Vogelaar met zijn zuigende vragen tot waanzin bracht) enkele relevante vragen stelde over de betrokkenheid van het Oekraïense ministerie van Defensie en de NAVO bij de plaatsing van de Russische tank, bleek Albrecht opeens minder tolerant.

Hij besloot zelfs tot handtastelijkheden over te gaan die erop gericht waren de microfoon uit de handen van de journalist te verwijderen. Iets waar hij uiteindelijk in slaagde. Daarna hield hij de microfoon lange tijd enigszins triomfantelijk vast, alsof hij wilde zeggen: ‘Kom hem maar halen’.

Een betere metafoor voor het onrecht waar Albrecht en zijn Balie juist tegen strijden is nauwelijks mogelijk. Een journalist wordt monddood gemaakt door hem zijn microfoon af te nemen. Het is alles waar Albrecht zich in zijn leven tegen heeft verzet en nu maakt hij er zichzelf schuldig aan?

Een journalist wordt monddood gemaakt door hem zijn microfoon af te nemen. Het is alles waar Albrecht zich in zijn leven tegen heeft verzet en nu maakt hij er zichzelf schuldig aan?

Ik vind dit – ondanks de snel volgende publieke verontschuldiging – verwarrend. Ik vergeef het hem graag, maar waar komt het vandaan? Hoe kan het dat deze ultieme pleitbezorger van tolerantie in dit geval zelf opeens zo intolerant is geworden?

Wat ook opviel was de reactie van andere zelfbenoemde progressieve voorstanders van tolerantie. Er leek enige begrip in door te klinken. Immers, de journalist zou Albrecht hebben gejend en zuigende vragen hebben gesteld en er dus om hebben ‘gevraagd’.

‘Goed dat iemand eindelijk eens grenzen stelt’, klonk het apologetisch op de sociale media van progressievelingen, die doorgaans iedere vorm van geweld afwijzen. Alsof het optreden van een lastige vragensteller een rechtvaardiging vormt voor de toepassing van fysiek geweld. Wat is er mis met mijn ‘linkse’ vrienden? 

Dat laatste geldt ook voor de ogenschijnlijk instemmende reacties uit kringen van vooruitstrevend D66 op een oproep van minister Hugo de Jonge, die zich dood heeft geërgerd aan een stukje van Telegraaf-columniste Marianne Zwagerman.

De twee kregen het al vaker aan de stok, want het was Zwagerman die tijdens de coronacrisis de term ‘dor hout’ introduceerde voor oude mensen, die wellicht niet ten koste van iedere prijs moesten worden gered. Een hardvochtig standpunt vond toen Hugo de Jonge. En dat mag, ik ben dat met hem eens.

Zwagerman is niet van de subtiliteiten, uit zich doorgaans in harde en ongeclausuleerde bewoordingen. Tot voor kort hadden ministers als Hugo de Jonge daar een mening over, maar respecteerden zij tegelijkertijd de vrijheid om het te mogen zeggen. Een fundamentele waarde in onze samenleving.

Aan die tolerantie kwam dit weekend een einde, toen De Jonge via zijn ministeriële twitteraccount niet alleen zware kritiek uitte op een column van Zwagerman, waarin zij op snoeiharde wijze de integriteit van Sigrid Kaag in twijfel trok, maar De Jonge ook schreef dat het toch echt beter zou zijn wanneer dit soort proza ‘geen podium’ meer zou krijgen. 

In dat laatste kan een oproep worden gezien om Zwagerman het woord te ontnemen. Net als Albrecht de microfoon uit handen van een lastige verslaggever trok, vindt De Jonge dat Zwagerman geen recht heeft op de hare. 

In dat laatste kan een oproep worden gezien om Zwagerman het woord te ontnemen. Net als Albrecht de microfoon uit handen van een lastige verslaggever trok, vindt De Jonge dat Zwagerman geen recht heeft op de hare.

Omdat een minister in staatsrechtelijke zin namens het hele kabinet spreekt, komt dit wel heel dicht in de buurt van een institutionele aanval op de persvrijheid. Met de opmerkelijke instemming van veel traditioneel ‘links’ ogende twitteraars uit D66-kring.

Zelf vind ik dit én het onderliggende ‘kabinetsoptreden’ – net als het optreden van Albrecht – opnieuw verwarrend. Zeker omdat het juist Hugo de Jonge is die zich profileert als openminded en progressief wanneer hij het opneemt voor de koningin van de tolerantie, Sigrid Kaag.

En dan was er de klap van Ajax-speler Steven Berghuis.

Na afloop van een verloren wedstrijd die een ook al verloren seizoen markeert deelde de voetballer in het voorbijgaan een vuistslag uit aan iemand uit het publiek, die achter een dranghek racistische teksten schreeuwde over een ploeggenoot van Berghuis. 

Lovenswaardig dat Berghuis dit niet accepteerde, maar minder wenselijk dat hij over ging tot de toepassing van geweld, iets dat aan de overheid is voorbehouden en niet aan het individu. Hoezeer racisme ook besteden moet worden, geweld is nooit een antwoord.

Maar ook hier viel op hoeveel bijval Berghuis kreeg van tolerante en vooruitstrevende twitteraars. Vooraanstaande leden van de social media-gemeenschap, die terecht grote moeite hebben met racisme en daar bij wijze van spreken dagelijks tegen strijden, knepen demonstratief een oogje toe, nu er overduidelijk sprake was van eigenrichting van Berghuis. 

Opeens bleek het motief belangrijker dan het principe. Alsof er sprake is van een democratisch keuzemenu. Ook dit maakt mij als linkse jongen, geïnspireerd door Joop Den Uyl, in de war.

Opeens bleek het motief belangrijker dan het principe. Alsof er sprake is van een democratisch keuzemenu.

Of de drie gebeurtenissen symptoom zijn van de toenemende hypocrisie van progressief en links Nederland is onduidelijk. Het oogt wel toevallig dat degenen die in hun uitingen (impliciet) het monopolie claimen ten aanzien van het begrip tolerantie in de onderhavige gevallen zelf zo weinig verdraagzaam zijn geworden, of zoals in het geval van de keuze voor geweld door een voetballer dit juist weer heel tolerant omarmen.

Om nóg duidelijker te maken waar de schoen wringt, enkele krantenkoppen uit de (nabije?) toekomst: 

Gideon van Meijeren (FvD)  trekt microfoon met geweld uit handen van verslaggeefster Merel Ek (SBS) en gooit hem in de hofvijver.

Minister Geert Wilders (kabinet-Van der Plas I) pleit er via zijn officiële overheidsaccount voor columnist Sander Schimmelpenninck geen podium meer te geven bij de Volkskrant.

Prominente twitteraars als Raisa Blommestijn en Paul Cliteur juichen openlijk toe dat de hoofdredacteur van Ongehoord Nederland, Arnold Karskens, een overlastgevende asielzoeker tegen de grond slaat.

Ik zei het al: het zijn verwarrende tijden voor een linkse jongen uit de vorige eeuw.

Met uw donatie steunt u de onafhankelijke journalistiek van HP/De Tijd. Word donateur of word lid, al vanaf €4 per maand.