Spring naar de content

Hoe (on)afhankelijke de Nationale Wetenschapsagenda is

Zijn onze hersenen wie wij zijn? Kunnen mijn gedachten opgeslagen worden? Wat is de chemische basis van veroudering? Zomaar een greep uit de duizenden – om precies te zijn: bijna  10.000 – vragen die zijn ingediend op de website van de Nationale Wetenschapsagenda. Tot vannacht twaalf uur was het mogelijk om uw vraag aan de wetenschap te stellen. Vanaf vandaag worden thema’s en onderzoeksterreinen gebundeld en volgen er publieke debatten waar vervolgens uit moet blijken waar de wetenschap zich de komende jaren op zal gaan richten. Maar de wetenschap laat zich niet plannen, aldus menig onderzoeker.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Sophie van Os

Er is veel verzet tegen de Nationale Wetenschapsagenda – een initiatief van de regering – vanuit de wetenschap zelf. ‘Een wetenschappelijke schijnagenda’, zoals veel hoogleraren het noemen, zou het voor de regering makkelijk maken om te zien in welk plan geld wordt gepompt en wat geld zal opleveren.

Piet Borst, onderzoeker voor het Nederlands Kanker Instituut (AVL Ziekenhuis), laat weten op de website van de Koninklijke Nationale Akademie van Wetenschappen dat ‘de hele visie (Wetenschapsvisie 2025: keuzes voor de toekomst, een recent gepubliceerd overheidsrapport – red.) is doortrokken van het Haagse optimisme dat door meer sturing, regie en coördinatie, de opbrengst van wetenschappelijk onderzoek groter gaat worden’.

De Wetenschapsagenda
Middels de Nationale Wetenschapsagenda – geleid door prof. dr. Beatrice de Graaf en Alexander Rinnooy Kan, oud-VNO-voorzitter en ex-ING-topman – kunnen wetenschappers, het bedrijfsleven en de maatschappij relevante en uitdagende wetenschappelijke vraagstukken op te lossen. Dat is, zoals op de website valt de lezen, ‘goed voor de kwaliteit van de Nederlandse wetenschap en voor onze welvaart en welzijn’. De agenda zal mede richting geven aan de manier waarop het overheidsbudget voor wetenschap in Nederland in het vervolg zal worden ingezet.

Maar volgens veel wetenschappers kunnen maatschappelijke organisaties en bedrijven helemaal niet beslissen wat voor onderzoek thuishoort op de Nederlandse onderzoeksinstituten, omdat ze zelf de benodigde expertise niet hebben, en omdat wetenschap continu evolueert en niet te vangen is in een document als de Nationale Wetenschapsagenda. Volgens de Wetenschapsagenda blijft er genoeg ruimte ontstaan voor onderzoek dat zich niet vast laat leggen.

Rendementsdenken
Het wringt al jaren tussen de wetenschap en de meer industriële hoek waaruit onder andere een ondernemer als Rinnooy Kan afkomstig is. In de Volkskrant was eerder deze maand al te lezen dat – volgens de Eurobarometer – 60 procent van de Nederlanders vijf jaar geleden aangaf dat men wetenschappers te afhankelijk vindt van het bedrijfsleven, en dat ruim de helft van de Nederlanders vindt dat door bedrijven gesponsord onderzoek eerlijke wetenschap in de weg staat.

Een student Cultuurwetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam, Tessa de Vet, hield deze week nog een pleidooi voor de autonomie van de wetenschap. Ze vindt: “Het domein waarin men zich wijdt aan de ontwikkeling van het menselijke inzicht en aan kritische reflectie op de wereld.” Dit wordt volgens De Vet nu bedreigd door het bedrijfsleven dat overal rendement wil zien.

Commercie
Er bestaat wel degelijk twijfel in de academische wereld. Op 18 maart nog vond er een debat plaats op de Vrije Universiteit waarin integer en onafhankelijk onderzoek centraal stond. De conclusie van het debat luidde: de verwevenheid van wetenschap en commercie onvermijdelijk is, omdat de industrie de grootste geldverschaffer is.

Wat te doen? Wetenschappers van de VU Amsterdam vinden dat we op zoek moeten naar de vaak onduidelijke grenzen, die dunne scheidslijn tussen commercie en wetenschap. Opstaan tegen nutteloze protocollen, accepteren dat er fouten worden gemaakt en durven kiezen. Moet de Nationale Wetenschapsagenda meer wetenschappelijk toezicht krijgen, om alle verdenkingen van ‘een schijnagenda’ te voorkomen?

De woordvoerder van de Nationale Wetenschapsagenda heeft laten weten dat al uit het Twitterverkeer blijkt dat er (opmerkelijk genoeg) veel vragen zijn ingediend, die afkomstig zijn van wetenschappers en groepen onderzoekers die zich beraden op de agenda. De vragen worden anoniem ingestuurd, maar het is volgens hem meestal wel te zien aan de formuleringen van de vragen. Bovendien wordt na een rondje Twitter ook duidelijk dat veel wetenschappers toch de agenda willen bepalen.

De meest opvallende kernwoorden in de inzendingen van de afgelopen dagen zijn: gezondheid, energie, hersenen, bouw en duurzaamheid. De definitieve presentatie van de officiële Nationale Wetenschapsagenda wordt na een aantal selecties, dialogen en conferenties eind november 2015 gepresenteerd.