Spring naar de content

Dopinggebruik in het voetbal? Nee, joh

De relatief onbekende Macedoniër Arijan Ademi van Dinamo Zagreb mag vier jaar niet voetballen. Doping. En dat is gek, want doping helpt een voetballer helemaal niet.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Rick Stet

Althans, als we Jiří Dvořák, chef-arts van de FIFA moeten geloven: “In de voetbalwereld valt geen winst te behalen. Voetbal verschilt van andere takken van sport, omdat er een breed scala aan kwaliteiten wordt vereist: uithoudingsvermogen, tempo, kracht, techniek, coördinatie en concentratie, om er maar een paar te noemen,” preekte de dokter in Play True (maandblad van de werelddopingautoriteit) voor eigen parochie. Het is de algemene tendens in de voetbalwereld: wij gebruiken niet en waarom zouden we ook.

Of zoals voormalig Duits international Mehmet Scholl in maart van dit jaar bij ARD Sportschau zei: “Laten we eens aannemen dat je iets gebruikt om je spieren te versterken. Dan lijdt de coördinatie daar onder. En als je wat gebruikt om je conditie te verbeteren, word je trager. Voor voetballers heeft dat allemaal niet zo veel zin.”

En dan is er toch iemand die zo stom geweest een prestatiebevorderend middel te nemen. Ademi werd positief getest na het duel van zijn club met Arsenal in de Champions League. Wat de Macedoniër zichzelf heeft toegediend of laten toedienen, is niet bekend. Feit is wel dat de vier jaar lange schorsing een fikse straf is. Wielrenners en atleten worden over het algemeen één á twee jaar uitgesloten van deelname aan wedstrijden.

Valsspelers
Ironisch genoeg werd Ademi betrapt na een wedstrijd tegen Arsenal. Arsene Wenger, coach van de Londenaren, is een van de weinigen die wel gelooft in grootschalig dopinggebruik in de voetbalwereld. “Voetbal kent vele legendes die valsspelers waren,” verklaarde de Fransman al in 2013. Na de affaire met Ademi was Wenger opnieuw duidelijk: “We kunnen niet onze ogen sluiten voor deze problemen. Ik wil dat ook clubs worden bestraft als een speler wordt betrapt. En ik wil meer en betere testen, want wat we nu doen is alleen maar oppervlakkig.”

Met 30.664 controles was het veldvoetbal verreweg de meest gecontroleerde sport in 2014 (terug te vinden in dit WADA-rapport). Het controlecijfer is echter bijzonder laag wanneer je beseft dat er per week wereldwijd honderden voetbalwedstrijden op het hoogste niveau worden gespeeld, waar telkens ook minimaal 22 man in actie komen. Van de ruim 30 duizend tests waren er 130 positief. Ter vergelijking: in hetzelfde jaar werden slechts 73 wielrenners betrapt op dopinggebruik. En zij hebben de naam.

Taboe
Waar de wielrenners en atleten steeds vaker de hand in eigen boezem steken, blijft dopinggebruik in het voetbal een taboe of wordt het met de mantel der liefde bedekt. Lance Armstrong raakte (terecht) zijn zeven Touroverwinningen kwijt toen bleek dat hij een notoire gebruiker was. Juventus heeft de in 1996 gewonnen Champions League nog steeds in de prijzenkast staan, terwijl bewezen is dat de spelers in de periode niet alleen beter werden door hard te trainen. Dopingarts Eufemanio Fuentes gaf toe voetballers te hebben behandeld, maar tot een grootschalig onderzoek van de FIFA leidde het niet.

En wie herinnert zich de nandrolonaffaire niet? Bij Edgar Davids, Frank de Boer en Jaap Stam werd in 2001 het verboden goedje gevonden. Alle drie ontkenden het gebruik van de anabolen steroïden. Davids stelde in een legendarische verklaring dat ‘zijn lichaam een tempel is’ en dat er dus nooit iets chemisch in zou komen. De Boer zou zijn dochtertje in hebben gesmeerd met een medicinaal zalfje. De gemiddelde fan slikte het voor zoete koek.

Want doping in het voetbal, wat heb je daar nou aan?