Spring naar de content
bron: YouTube (stilstaand beeld)

Dichter Lévi Weemoedt: ‘Mijn rottweiler dwingt me uit bed te komen’

Dichter Lévi Weemoedt (pseudoniem van Izaäk van Wijk) wordt vandaag zeventig. Reden voor de uitgeverij om wat oud werk van stal te halen. Leuk, want het is alweer even geleden dat we iets van de Assense dichter hoorden. Zijn laatste bundel Met enige vertraging (2014) verscheen kort na een hartinfarct. “Ik denk dat ze toen per ongeluk de top van de depressiviteit hebben weggesneden. Die hele diepe downers, die heb ik niet meer.”

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Nico Hofstra

“Ik vier mijn verjaardag niet”, zegt de Assense dichter en schrijver Lévi Weemoedt. “Niet omdat ik het niet op prijs stel als mensen komen, maar ik kan er niet goed tegen. Ik had wel iets leuks bedacht voor aan de voordeur, een bord met: ‘Trek allemaal gekke kleertjes aan,/ dan lig ik in een deuk,/ We gaan onwijs veel lol maken/ en het wordt super leuk.’ Hang ik op, maar dan kom ik zelf natuurlijk niet opdagen.” Even later: “Dat doe ik niet echt hoor, het zit gewoon in m’n hoofd.”

In 2014, bij het verschijnen van zijn laatste bundel Met enige vertraging, sprak hij zich tegen HP/De Tijd nog met weinig enthousiasme uit over zijn nieuwe werk, verschenen naar aanleiding van ‘veertig jaar Levi Weemoedt’. “Dat is toch ellendig? Als je bij een bedrijf werkt krijg je na veertig jaar een horloge of, zoals nu vaak het geval is, een schop onder je kont omdat je er al te lang zit. En ik krijg een eigen bundeltje.”

Tegenwoordig klinkt hij optimistischer en is hij blij met de twee te verschijnen werken: een herdruk van De ziekte van Lodesteijn, oorspronkelijke gepubliceerd in 1986 en een bloemlezing, Pessimisme kun je leren, samengesteld door schrijver Özcan Akyol.

“Ja, voor een depressief iemand ben ik er erg blij mee,” zegt Weemoedt. “Kijk, dat werk is niet van levensbelang, maar ik vind het wel eervol. Eus riep al langer op Twitter dat ik een van zijn favoriete dichters ben. Zelf zit ik niet op sociale media, dus ik dacht eerst dat het een grap was. Later heeft hij me een keer uitgenodigd op een literair festival, iets waar ik normaal niet dol op ben. Nu heeft hij deze bloemlezing samengesteld. Ja, daar ben ik dankbaar voor.”

Met enige vertraging

Naast De ziekte van Lodesteijn, een verhaal gebaseerd op zijn dertien jaar als docent Nederlands, is Weemoedt bekend van onder meer Van harte beterschap, kleine trilogie van de treurigheid (1982) en het verzameld werk Vanaf de dag dat ik mensen zag (2007). De bundel Met enige vertraging was zijn eerste werk sinds vijftien jaar. “Dat heeft allemaal te maken met externe factoren,” zei hij destijds tegen HP/De Tijd. “Het simpele, banale feit van het overlijden van mijn vrouw – in 2002 was dat – is bijvoorbeeld een hele cesuur geweest.”

Is Weemoedt inmiddels aan iets nieuws begonnen? “Ja natuurlijk,” mompelt hij. “Ik moet nog wel wat te doen hebben. Schrijven is voor mij als ademhalen. Dus ja, ik werk aan een nieuwe bundel. Dat wordt waarschijnlijk de laatste dichtbundel. Misschien dat ik daarna nog weer korte verhalen ga schrijven, maar of dat lukt weet ik niet.”

Knuffelmoment

Zijn werkdagen beginnen naar eigen zeggen moeizaam. “Omdat ik nog altijd een depressieve inslag heb kom ik moeilijk uit bed. Weer een dag, denk ik dan. Uiteindelijk is het mijn hond, een rottweiler die beneden ligt, die me dwingt uit bed te komen. Een hond met een mening, zeg ik altijd. En laat ik het nu ook maar toegeven: er is een knuffelmoment na het opstaan. Hij houdt ervan als ik even op zijn kleedje kom zitten, om te vertellen waar we over gedroomd hebben.”

Rond kwart over negen wandelt Weemoedt met de hond richting het Asserbos. Onderweg komt hij Andrea tegen, een vrouw uit de buurt, die eveneens haar hond uitlaat. “En dan, op de terugweg, zitten we nog even op een boomstronk, praten we wat over politiek of het over het leven. Daarna, tot een uur of drie, ga ik achter mijn bureau zitten werken.”

Weemoedt heeft een zwart notitieboekje. In dit boekje staan geen onduidelijke krabbels of doorgekraste woorden, maar keurige, in zwart geschreven gedichten. Uitwerken moet gedisciplineerd achter een bureau. “Kijk, je kunt niet de hele dag gedichten schrijven,” legt hij uit. “Maar je moet wel thuis zijn als de muze aan de deur staat. Je moet niet onder een of andere leuke meid liggen of erop los leven. Je moet op je post zitten, want de muze belt niet mobiel.”

Uiteindelijk is het mijn hond, een rottweiler die beneden ligt, die me dwingt uit bed te komen

“De hond is trouwens niet de enige reden dat ik uit bed kom,” zegt hij na een tijdje. “Ik heb tegenwoordig een vriendin. Na de dood van mijn vrouw had ik geen nieuwe liefde meer verwacht. Tja, hoe is dat zo gekomen?” Lacht: “Ik heb haar in het bos gevonden. Ze stond met haar fiets in de ene hand en een hondenriem, met daaraan een bouvier, in de andere. Ze stond klem en ze wist niet of ze die fiets moest loslaten of die hond. Ik zei: ‘Mevrouw, u moet die hond loslaten’. Dat kon niet, want dan zou hij weglopen en dat was dan weer gevaarlijk. Ik drong aan en uiteindelijk liep hij keurig met ons mee. Inmiddels kennen we elkaar twee jaar. Met haar kunnen wandelen is een reden om op te staan.”

Weggesneden

In 2014 kreeg Weemoedt een hartinfarct en onderging hij een ingrijpende operatie. Terugkijkend zegt hij: “Ik denk dat ze toen per ongeluk de top van de depressiviteit hebben weggesneden. Die hele diepe downers, die heb ik niet meer. Het leven heeft me de mildheid geschonken die met de ouderdom komt. Daarbij moet ik benadrukken dat ik geen rotleven heb of heb gehad. Er waren moeilijke momenten, maar op dit moment, met mijn vriendin en de hond, is het goed.”

Zijn nieuwe bundel, naar eigen zeggen zijn laatste, moet in het najaar van 2019 verschijnen. Op de vraag of hij dat einde van een dichterschap al in een gedicht heeft gevat, zegt hij: “Dat heb ik eigenlijk al gedaan. Het staat in de bloemlezing van Eus.” Hij bladert door het boekje naar de laatste pagina en wijst de laatste twee zinnen aan:

‘O wél bedankt dat u mij even bíj liet praten!
Ik schrijf u weer zodra er niks gebeurt.’

De ziekte van Lodesteijn en Pessimisme kun je leren (uitgeverij Nijgh en Van Ditmar)  van Lévi Weemoedt zijn vanaf 23 oktober te koop.