Spring naar de content

Rouvoet: ‘Negen opzeggingen’

In de perceptie leek het afgelopen week dat GroenLinks cruciaal was in het wel of niet doorgang laten vinden van de missie in het Afghaanse Kunduz. De ChristenUnie was echter ook een factor van betekenis. André Rouvoet: “Dinsdagavond heb ik Mark Rutte gebeld en gezegd: ik zie mijn fractie niet met deze brief instemmen.”

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Redactie

“Moeilijke dagen. Maar onze grondhouding is altijd geweest dat we betrokken willen blijven bij Afghanistan.”

“VVD en CDA worden door de PVV uitsluitend gesteund op binnenlandse onderwerpen. De PVV trekt zijn handen af van alles wat zich buiten de grenzen afspeelt. Ik vind het onbegrijpelijk dat de regeringspartijen dat legitimeren. Vanuit PVV-hoek vielen er termen als ‘blunder’, ‘lachwekkende missie’ en ‘heulen met de Taliban’. De afgelopen jaren hebben in Uruzgan 24 Nederlandse militairen het leven gelaten. Geert Wilders moet zich schamen voor deze uitspraken.”

“Gedoogpartner Geert Wilders zit wekelijks in het Torentje. Ik was niet onder de indruk van die opmerking.”

“Ik heb eenmaal, op hun verzoek, gesproken met Hans Hillen en Uri Rosenthal. Die wilden weten of wij nog steeds openstonden voor een voorstel over een politiemissie in Afghanistan. Ik heb gezegd dat onze handtekening nog steeds onder de motie van april stond. Er is toen niet onderhandeld, dat moet je in de openbaarheid doen. Ik wilde de artikel 100-brief afwachten. Dinsdagavond, na de fractievergadering, heb ik Mark Rutte gebeld en gezegd: ik zie mijn fractie niet met deze brief instemmen. Rutte zei toen: we gaan jullie proberen te overtuigen.”

“Nee, het was geen kwestie van overtuigen. Onze inspanningen waren erop gericht het plan beter te maken. Ons belangrijkste punt was dat de missie civiel moest zijn. Dat hebben wij afgedwongen. Daarnaast ligt er de keiharde toezegging dat we daar weggaan als de Afghaanse agenten schouder aan schouder met het leger gaan vechten. De stekker gaat er dan alsnog uit.”


“Deze missies zijn onvergelijkbaar. In Uruzgan waren we lead nation. Dat betekent dat we zelf verantwoordelijk waren voor de beveiliging, de force protection. In Kunduz zijn de Duitsers dat. Partijen die tegen zijn hebben het voortdurend over Nederlandse soldaten die die kant op gaan. Dat heet framing. Het zijn namelijk trainers, geen militairen die gaan vechten.”

“Je sluit je als fractie niet af voor geluiden uit de achterban. CU-leden hebben gediend in Uruzgan en Kaboel. We hebben eigen deskundigen geraadpleegd, politiek beraad gehouden met alle geledingen van de partij en het onderwerp is besproken op onze Vriendendag. Een fervent tegenstander kreeg daar applaus, een ander lid dat vindt dat de partij haar verantwoordelijkheid in Afghanistan moet nemen kreeg ook applaus. Die reacties weeg je mee.

“Er is een verschil tussen zonder last willen opereren en geen last willen hebben van je achterban. Doorslaggevend is echter dat je het mandaat van de kiezer hebt. De finale afweging is aan de fractie.”

“Negen leden hebben opgezegd. Daarnaast zijn er dit weekend nieuwe leden bijgekomen.”

“Bij wet staat nog steeds de doodstraf op wat afvalligheid wordt genoemd. Ik ben bekend met Afghaanse christenen die daarom nu in de cel zitten. Als je als Nederland je handen aftrekt van Afghanistan heb je daar geen enkele invloed meer op. Wij willen het internationaal recht, vrede en veiligheid bevorderen in Afghanistan. Als ik donderdag de indruk had gekregen dat dat niet mogelijk is, hadden wij nee gezegd tegen de missie.”