Spring naar de content

Die dikke collega die maar chocoladerepen uit haar bureaula blijft vissen, mag je daar best op aanspreken

Vanochtend interviewde Radio 1-presentatrice Lara Rense minister Kamp van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over zijn nieuwe campagne om gezond gedrag onder werknemers te stimuleren.
Een goede campagne, want er is niks mis met gezond leven en werknemers hebben door het enkele feit dat ze een baan hebben inderdaad een bepaalde verantwoordelijkheid. Niet alleen naar de werkgever toe overigens, maar ook naar hun naaste collega’s die niet zelden het meest lijden onder de slechte leefgewoontes van hun vakbroeders. Ongezond gedrag kan zelfs voor grote spanning op de werkvloer zorgen. Een paar voorbeelden uit de praktijk.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Karen Geurtsen

We beginnen met de veel te dikke collega die suikerziekte heeft, en daardoor lijdt aan een hoge bloeddruk, stress en de overige klachten waar een zeer obees persoon mee te kampen heeft.
Haar collega’s zijn haar zat.
Niet zozeer omdat zij te dik is overigens, maar wel omdat zij zich de godganse dag volstouwt met ongezond voedsel en vervolgens op dokters voorschrift dagen afwezig is, met als gevolg dat haar geliefde collegae haar werk moeten overnemen. De vraag is: mogen zij hun vakgenote, zowel in hun eigen belang als dat van haarzelf, zeggen dat zij op moet houden met om de haverklap chocoladerepen uit haar bureaulade vissen?

Voorbeeld twee is de man van eind dertig – hij heeft een adminstratieve baan – die er een losbandig privéleven op nahoudt. Die losbandigheid heeft er al toe geleid dat hij besmet is met een chronische leverziekte. Behalve dat hij daardoor regelmatig ziek thuis zit, is hij zeer dikwijls op maandagochtend afwezig. Op de dinsdag horen zijn collega’s dan dat hij in het weekend flink gefeest heeft. Zijn kameraden op de werkvloer zijn niet achterlijk en leggen heus het verband tussen heftige feestjes in het weekeinde en regelmatige afwezigheid op maandagochtend. De relatie met hun feestende vakgenoot wordt steeds moeizamer, want: moeten zij nu extra werk verrichten (dat van hém) omdat hij zich zonodig lam moet zuipen en snuiven in zijn vrije tijd?

Mogen deze collega’s nu wel of niet wat zeggen van het ongezonde gedrag van hun vakbroeders? Ik vind van wel. De leefstijl van de een beïnvloedt in deze gevallen namelijk overduidelijk de werkdruk van de ander.
Maar mag je dan ook tegen je rokende collega zeggen dat hij moet stoppen omdat hij jou te veel belastinggeld kost? Tegen je zwangere collega dat ze vooral niet moet piepen als ze een keer misselijk is omdat ze er toch zelf voor heeft gekozen? En tegen je collega die van skiën houdt (gezond, want sport?) dat hij gewoon naar kantoor moet hinken met zijn been in het gips?

De vraag is eigenlijk: wat is té ongezond of risicovol gedrag om te kunnen accepteren? Waar ligt voor ons de grens? Als u het weet, hoor ik het graag.

Onderwerpen