Spring naar de content

Zó ziet Nederland er uit in 2030

De makers van Back to the future deden het al, trendwatchers wagen zich er voortdurend aan en nu hebben ook het Centraal Planbureau (CPB) en het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) in de glazen bol gekeken. Dinsdag presenteerden ze de verkenning welvaart en leefomgeving en daarin ziet Nederland er in 2030 anders uit. Maar niet héél anders. 

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Remco Rous

Het CPB en het PBL gaan in hun toekomstverkenning uit van twee scenario’s. In het ene scenario beschrijven de organen een stevige groei van de bevolking en de economie (scenario hoog), in de andere variant wordt uitgegaan van een lage groei van de bevolking en een beperkte groei van de economie (scenario laag). En jawel, u leest het goed. In beide scenario’s wordt er uitgegaan van groei. Want die houdt naar verwachting aan.

Een ander opvallend feitje gaat over het gesprek van de week: het klimaat. Het CPB en PBL gaan in beide scenario’s uit van een stijging van de temperatuur op aarde. Bij scenario hoog met 2,5 tot 3 graden en bij scenario laag zelfs met 3,5 tot 4 graden.

En waarom in scenario hoog, dus bij sterke groei van de bevolking en de economie de temperatuur dan toch minder hard stijgt? Dat komt omdat we in dat scenario minder gebruik zullen maken van fossiele brandstoffen omdat de techniek voor duurzame energie goedkoper wordt en we daarnaast ook veel meer energie zullen besparen.

De stad blijft heilig, maar groeit minder hard
In 2030 zullen we in Nederland nog steeds lekker dicht op elkaar wonen. Op veel plaatsen blijft de concentratie Nederlands op een kluitje hoog. Maar verdere verstedelijking zullen we amper nog zien. Alleen in gebieden rond Amsterdam, Leiden, Den Haag Arnhem en Nijmegen en in de provincie Utrecht groeit de bevolking nog echt hard.
Vanaf 2030 zijn groeiende steden dus geen vanzelfsprekendheid meer, maar tot die tijd is bevolkingsgroei, en met name in de Randstad, nog wel een blijvertje.

De bevolking als geheel groeit mogelijk ook niet meer na 2030, tenzij de migratie toe blijft nemen. En alsof dat nog niet eenzaam genoeg klinkt, wonen we vanaf 2030 ook steeds vaker alleen.

Aantal banen stabiel
Kunnen we die huren in ons eentje dan wel ophoesten? Het antwoord daarop is ja. Want, er is -godzijdank- nog werk in 2030. Het aantal banen in de regio is naar verwachting stabiel te noemen voor de meeste Nederlanders. Maar de regio’s die momenteel ook al te maken hebben met baanverlies, zullen dit in de toekomst blijven merken.
In beide scenario’s bent u in 2030 in maar liefst drie provincies baantechnisch de klos: in Limburg, Drenthe en Zeeland neemt het aantal banen af. Ook in Twente, de Achterhoek en in Noord- en Oost-Groningen, Zuid-oost Friesland en in ’t Gooi zal het aantal banen naar verwachting dalen. Gegarandeerde groei van het aantal banen is er ook nog: in Flevoland en in Delft en Westland. De grootste kans op een baan heeft u richting en na 2030 in de Randstad of in gebieden rondom grote steden.

Minder auto’s
Hoe we dan naar dat werk gaan? In ieder geval niet meer zoals we in de voorbije jaren veelal deden. Want de heilige koe is over enkele jaren niet zo heilig meer. Steeds minder mensen zullen een auto bezitten in 2030. Door weer en wind zullen we ons de komende jaren steeds vaker gaan verplaatsen met de fiets, lopend of met het openbaar vervoer. En ondanks dat we klagen over het ongemak van het ov, reizen we anno 2030 meer dan we nu doen.

Of we minder in de file staan is geheel afhankelijk van de economische ontwikkelingen en van de locatie waar we wonen. In de Randstad blijft het druk, zowel op de weg als in het ov en wijlen en groeit de economie als kool, dan kunnen de wegen bij het uitblijven van nieuwe investeringen ook buiten de Randstad dichtslippen.
File is dus niet per definitie verleden tijd, maar andere lichtpuntjes zijn er wel op de weg. De CO2-uitstoot door het verkeer neemt af, evenals het aantal verkeersdoden.

Ook zullen we steeds vaker in een vliegtuig stappen, maar Schiphol lijkt dit aan te kunnen in het lage scenario. In scenario hoog gaan hier echter wel problemen ontstaan. Voor ruim een kwart van potentiële klanten van de luchthaven is dan geen plek meer. En dat kan een bedreiging vormen voor de functie van Schiphol als overstap- en overslagluchthaven. Want die capaciteit, gaat dan als eerste ten onder.

Als opstappende Nederlander hebben we daar echter niet zoveel last van. En zo zien we maar, niets is zo veranderlijk als het weer, weinig blijft zo hetzelfde als Nederland.