Spring naar de content

Waarom Nederland van God los raakt

Het scheelt één goddeloze procent, maar voor het eerst is de meerderheid van de Nederlandse bevolking niet godsdienstig. Uit onderzoek van het CBS blijkt dat slechts 49 procent zichzelf tot een godsdienst rekent, waarvan 23,6 procent katholiek, 14,9 procent protestants, 5,1 procent moslim, en 5,6 procent van een ander gezindte. Wat betekent het voor onze samenleving als steeds meer mensen hun godsdienstige instanties de rug toe keren?

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Evi Timp

Tijs van den Brink is journalist en presentator bij de EO. Zelf is hij protestants. In zijn programma Adieu God? interviewt hij bekende Nederlanders die -zoals de titel al verraadt- God op hun eigen manier hebben uitgezwaaid. We vroegen van den Brink wat hij van het onderzoek vindt: “Ik heb inmiddels 100 bekende Nederlanders gesproken voor Adieu God? en wat mij opvalt is dat kerkelijke betrokkenheid lang niet alles zegt over de vraag of je nog ergens in gelooft. Mensen hebben het instituut misschien achter zich gelaten, maar als er iets naars gebeurt in hun leven gaan ze bijvoorbeeld toch opeens bidden. Dat ligt naar mijn mening veel genuanceerder dan het CBS-onderzoek suggereert.”

Geloof: een persoonlijke aangelegenheid

Het onderzoek weerhoudt zich dan ook van de uiterst subjectieve vraag: ‘Bent u gelovig?’ Ook het CBS begrijpt dat geloofsbeleving niet meetbaar is. In plaats daarvan laten zij de ondervraagde kiezen uit een aantal categorieën om zijn of haar religiositeit, of gebrek daaraan, te duiden. De resultaten laten zien dat de religieuze betrokkenheid in Nederland sterk afneemt. Vooral bij de Rooms-Katholieke Kerk is de leegloop het grootst. Het is lastig om dit los te zien van de recentelijke openbaringen rondom haar interne misstanden. Volgens van den Brink is deze imagoschade echter niet de oorzaak van, maar een aanleiding tot de ‘kerkelijke leegloop’. Van den Brink: “Het is vaak een diepere en persoonlijke beweging die ervoor zorgt dat mensen minder verbintenis voelen met het instituut. Bepaalde gebeurtenissen, zoals een gelovige die zich misdraagt, kunnen dan aanleiding zijn voor daadwerkelijke distantiëring. Daarnaast is het tegenwoordig veel makkelijk dan vroeger om je kerkelijke lidmaatschap op te zeggen.”

Imagoschade is niet de oorzaak van, maar een aanleiding tot de ‘kerkelijke leegloop’.

Betekent dit dat onze maatschappij zich moet klaarmaken voor de gevolgen van goddeloosheid? “Het is lastig voor ‘ons gelovigen’ om die vraag te beantwoorden. Als ik er iets over zeg dan denkt iedereen: ja die zit gewoon zijn eigen toko te verdedigen,” aldus Van den Brink. Wel wijst hij ons op de aflevering van NieuwLicht (een opinieprogramma van de EO, gepresenteerd door Van den Brink -red.) van afgelopen zondag waarin hij de secularisatie bespreekt met Freek de Jonge. “Freek zei eigenlijk dat we met zijn allen te weinig hebben nagedacht over de sociologische gevolgen van de secularisatie. Steeds meer mensen hebben een depressie en ook psychiaters zeggen nu: dit is geen psychisch probleem, maar een zingevingsprobleem. Ik zie die gevolgen ook, maar ik wil niet te snel zeggen ‘dat komt omdat je niet naar de kerk gaat’. Echter, als zelfs psychiaters en Freek de Jonge, die je ook niet van een hoge kerkgang kan betichten, dit verkondigen dan moet dat ons misschien toch aan het denken zetten.”

We hebben met zijn allen te weinig nagedacht over de sociologische gevolgen van de secularisatie.

Een andere opmerkelijke bevinding uit het CBS-onderzoek is het onderscheid in de mate van betrokkenheid tussen verschillende personen. Zo zouden vrouwen, lager opgeleiden en mensen met een niet-westerse migratieachtergrond een beduidend grotere religieuze betrokkenheid hebben dan mannen, hoger opgeleiden en mensen met een westerse achtergrond. Volgens Van den Brink is het lastig om een duidelijk rationele verklaring te geven voor deze verschillen. Zelf denkt hij wel dat vrouwen meer aanleg hebben om te geloven dan mannen: “Ik wil niet te makkelijk over de verschillen tussen mannen en vrouwen praten, voor je het weet zeg ik iets seksistisch, maar als ik bijvoorbeeld in Italië op vakantie ben; dan zie ik vooral vrouwen in de kerk.” Het verschil in religieuze betrokkenheid tussen immigranten en locals vindt hij duidelijker te verklaren: “Veel mensen die naar Nederland emigreren, komen uit een werelddeel waar het geloof nog veel ‘normaler’ is dan hier. Het is dus logisch dat zij een stuk geloviger zijn dan wat wij hier gewend zijn.”

En nu?

Raakt Nederland van haar institutionele God los? Volgens Van den Brink is er in de afgelopen jaren een stabilisering van de kerkgang opgetreden. De kerken doen inmiddels ontzettend hun best om aan te sluiten bij de nieuwe trend van geloofsbelijdenis, waarbinnen het wekelijkse bezoek niet meer vanzelfsprekend is. Van den Brink: “Er zijn veel pioniersplekken waarbinnen nieuwe gemeenschapjes worden gevormd. Niet in grote gebouwen, maar bij de mensen thuis of in een buurthuis. Op die manier wordt er vormgegeven aan de nieuwe religiositeit. Deze pogingen zijn hier en daar al succesvol, maar ik denk niet dat het de secularisatie in één keer zal keren. Het zal het proces hooguit afremmen. Of er ook echt een ommekeer van komt zal moeten blijken.” Geduld is een schone zaak. Volgens menig heilig boek zal de beoefening ervan je rijkelijk belonen.