Onthullend interview met de tekstschrijver van Matthijs de Ligt
Het is een bekend probleem: na een zinderende voetbalwedstrijd verschijnt een van de spelers voor de camera. Zweet in de wenkbrauwen, de lichaamswarmte die in rookpluimen uit het hoofd slaat en adrenaline die in de vorm van verse snacks uit de oren komt rollen.
En dan: niks.
Een in- en in-saai praatje. Een dooddoenerbonanza. Gestamel uit de Champions League van de Dufheid. Een ketting van clichés. Een blusdeken voor iedere vorm van opwinding.
Dat moest anders, vond men bij Ajax. En zo kan het gebeuren dat de voetballers van de Amsterdamse club sinds enige tijd beschikken over een poule van internationaal gekende tekstschrijvers en scenaristen die de post-match interviews van hun imago van ultiem zapmoment moeten ontdoen. Zo werkt Hakim Ziyech voor zijn gesprekken met Helène Hendriks van Fox al enige tijd samen met Frank Ketelaar (o.a. Overspel en Klem), krijgt Frenkie de Jong woorden in de mond gelegd door Maria Goos en oefent Kasper Dolberg met het verzameld werk van de grote Rob van Reijn, Nederlands bekendste pantomimespeler.
De man of vrouw achter de zeldzaam verzorgde, verstandige teksten van aanvoerder Matthijs de Ligt wil liever anoniem blijven, maar stond bij hoge uitzondering wel een kort interview toe.
Zo, dus jij bent verantwoordelijk voor al die uitstekende interviews van De Ligt na belangrijke wedstrijden?
“Nou, dat weet ik niet. Ik denk dat je in de eerste plaats naar het hele team moet kijken, en niet naar individuen.”
Maar je bént toch wel verantwoordelijk voor die interviews?
“Ik denk dat we allemaal goed bezig zijn. Niet alleen ik, niet alleen Matthijs.”
Er was in het verleden nogal wat kritiek op de saaie interviews na wedstrijden. Hoe heb je dat omgedraaid?
“Ik denk dat het enige antwoord dat je daarop kunt geven in interviews na wedstrijden wordt gegeven.”
Hoe ga je als tekstschrijver om met veranderende omstandigheden? Soms zal er een vraag tussen zitten die je niet hebt voorzien…?
“We hebben heel hard gewerkt aan de omschakeling, ik denk dat je dat nu ook terugziet voor de camera.”
Soms zitten er, ook dit seizoen, mindere interviews tussen. Hoe is dat?
“Ik denk dat dat onvermijdelijk is. Belangrijk is dat je altijd kunt terugvallen op bepaalde automatismen.”
Zoals?
“‘Je’ gebruiken als je ‘ik’ of ‘wij’ bedoelt. En verder vooral: verzorgd blijven spreken. Werken aan de zinsopbouw van achteruit. Geduldig wachten op een opening in zo’n gesprek om iets bizar volwassens te zeggen. Want die opening komt er, altijd, zelfs als je tegenover Hans Kraay junior staat.”
Nog andere trucs waarop je kunt terugvallen?
“Zoals ik al zeg: geduld is heel belangrijk. Soms spreek je met iemand die er helemaal geen baat bij heeft om er een attractief, volwassen gesprek van te maken. Dan moet je vanuit je taak blijven spreken. En, zoals ik al zeg, af en toe duidelijk maken dat je iets al eerder hebt gezegd, kan ook geen kwaad.”
De interviews van Matthijs zijn ook internationaal opgevallen. Is er al belangstelling voor jouw diensten uit het buitenland?
“Om eerlijk te zijn vind ik dat niet zo relevant. Op dit moment ben ik gewoon tekstschrijver bij Ajax en dat gaat hartstikke goed en wat er volgend seizoen gebeurt, en óf er iets gebeurt, zien we dan wel weer.”
Juventus wordt genoemd?
“Adesso, non è importante per me.”
Pardon?
“Sto scherzando.”
Hoe moeilijk is het om je te blijven concentreren op alledaagse interviews met AT5 en de NOS, als je een paar dagen CNN en BBC omver gebabbeld hebt?
“Nogmaals: je moet je focus houden. Interview voor interview bekijken. Eerst Kale en Kokkie en dan pas Joep Schreuder.”
Toch moet het ook voor jou een droom zijn om met je teksten de wereld over te gaan.
“Tuurlijk. Ik denk dat je daarvan droomt als kleine jongen/klein meisje. En daar mag je best even van genieten, maar een paar dagen later praat-ie weer met een joker van Voetbalprimeur, en dan moet je er ook staan.”
Wat zegt Matthijs eigenlijk van jullie samenwerking?
“Niets wat ik niet eerst zorgvuldig met hem heb doorgenomen.”
