Spring naar de content

Reclame heeft geen extra schoolmeester nodig – en kunst al helemaal niet

Kon je bij Hyves geblokkeerd worden? Nu staan musea en kunstenaars continu op hun achterste poten bij een Facebookblokkade. Meestal een blokkade omdat ze foto’s van naakte mensen op die platforms zetten.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Joke de Wolf

In Frankrijk ging Frédéric Durand in 2011 in beroep toen zijn account geblokkeerd was nadat hij een afbeelding van het schilderij l’Origine du Monde van Gustave Courbet op z’n pagina had geplaatst – u kent het vast, Courbet schilderde een vrouwenlichaam, realistisch, liefdevol, maar zonder voeten, benen, kuiten, heupen, borst, handen, armen, schouders, nek en hoofd – zo was althans de omschrijving van Maxime du Camp toen het net klaar was in 1867. Durands pagina, op Facebook bekend als ‘Fred La Face de Fredb’, deed het dus opeens niet meer, Durand protesteerde. Talloze andere Facebookgebruikers volgden in de loop der tijd, de een met wat meer bombarie dan de ander.

Facebook en Instagram zijn laagdrempelige platforms, vrijblijvend zijn ze niet. Mark Zuckerberg en zijn vriendjes slaan alles wat we op Facebook en andere door hem gekochte internetsites doen op en verkopen die informatie door aan reclameboeren die op basis van onze interesses reclames op ons afvuren. Het is dus geen openbare ruimte, geen vrijplaats waar iedereen maar kan zeggen en tonen wat ‘ie wil, het is de ruimte van Zuckerberg. Hij bepaalt dus wat wel en niet in zijn winkeltje te koop is.

Abboneer op een lidmaadschap

Flinke korting op een digitaal jaarabonnement

Sluit nu voordelig een abonnement af en maak kennis met de journalistieke kracht van HP/De Tijd. (Op elk moment opzegbaar.)

Word abonnee

Het Nederlands Fotomuseum, dat onlangs steigerde om een geblokkeerde pagina vanwege een naaktfoto, is niet de enige club die meer aandacht wil voor z’n handelswaar artistiek bloot op Facebook wil. Ook kunstenaars krijgen vaak te maken met de zedenpolitie van het platform. De Amerikaanse anticensuurvereniging NCAC lanceerde in april dit jaar #wethenipple, een actie waarmee het aandacht vroeg voor kunstenaars en musea die foto’s van ‘nudity’ op Facebook en Instagram willen plaatsen als onderdeel van hun kunst. Om het veilig te houden, het blijft puriteinenland, ging het de actievoerders alleen om het afbeelden van de vrouwelijke tepel. Begin juni lagen meer dan honderd vrouwen voor het New Yorkse kantoor van Facebook te poseren voor een foto van Spencer Tunick – de fotograaf die overal ter wereld foto’s maakt van blote mensenmassa’s. Deze vrouwen waren niet bloot, ze hadden afbeeldingen van mannentepels over hun eigen tepels geplakt en een enorme tepel voor hun geslachtsdeel, omdat Facebook mannentepels wel zou goedkeuren. Naakt hadden ze vast meer succes gehad.

Deze vrouwen waren niet bloot, ze hadden afbeeldingen van mannentepels over hun eigen tepels geplakt

Facebook zwichtte eerder wel voor het tonen van naakt op ‘historische foto’s’ zoals die van het Napalmmeisje, en voor schilderijen en beeldhouwwerken waarop naakt te zien is, nadat de Venus van Willendorf als te veel bloot werd beoordeeld. Op Instagram werd de hashtag #freethenipple een tijdje geblokkeerd omdat het in strijd was met de eigen regels, Facebook heeft niet gereageerd. Blijkbaar was de aanpak van de internationale museumlobby net wat slimmer dan die van de vrouwentepelbeweging.

Het blijft in een kapitalistische samenleving schipperen met vooroordelen, clichés en de vrijheid van meningsuiting. Afgelopen week kwam uit het Verenigd Koninkrijk een nieuwe maatregel: reclames worden daar nu gekeurd op gendervooroordelen. De Advertising Standards Authority (ASA), de Britse Reclame Code Comissie ziet geen probleem in het laten zien van een vrouw die de afwas doet, wel wordt het problematisch als de man daarnaast alleen maar de krant leest. Twee vaders die tijdens hun ‘papadag’ zo opgaan in een smeerkaasje dat ze hun kroost vergeten, kunnen dus niet meer door de beugel, vindt de ASA. Vanwege de ‘grote invloed die reclames hebben op het gedrag van het publiek’, heeft de adverteerder hier een maatschappelijke verantwoordelijkheid.

Natuurlijk kan reclame de kijker beïnvloeden, daar draait het bij reclame om. Extra aandacht voor een bloemkoolpizza omdat niet iedereen het eens is met de manier waarop daar reclame voor wordt gemaakt, is gratis extra reclame. Maar tegelijkertijd ontstaat er zo ook een (al dan niet melige) discussie over de argumenten voor of tegen het zo afbeelden van bloemkolen. Hetzelfde geldt voor de reclamefolders voor kinderspeelgoed en teksten op kinderkleding. De meeste reclames zijn sowieso niet om aan te zien (of horen), en gelukkig zijn de meeste reclames met uitgesteld tv-kijken, een sticker op de deur en een ad-blocker prima te omzeilen. Het volk wordt inderdaad beïnvloed, daarom is goed onderwijs, óók hierover, belangrijk, maar dat is een andere discussie. Als advertenties werkelijk racistisch, discriminerend of misleidend zijn, is de Reclame Code Commissie de geschikte instelling om bezwaar te maken, maar na alle gezondheids- en gokwaarschuwingen ook nog een genderkeurmerk lijkt me veel te veel eer voor zo’n onderbuikmedium.

In het Verenigd Koninkrijk worden reclames sinds afgelopen week gecontroleerd op gendervooroordelen

De meeste adverteerders willen niet shockeren, ze hopen dat de kijker vanwege herkenbaarheid, het rooskleurige voorbeeldgezinnetje óf de flauwe grap een goed gevoel krijgt bij het product waarom het gaat. Ik ben dol op oude (tijdschrift-)reclames waarin Coca Cola wordt aangeprezen vanwege de cocaïne die erin zit, roken iets is wat op doktersadvies gebeurt en waarin de huisvrouw persoonlijk wordt aangesproken op de vlekken die ze niet uit het hemd van haar man krijgt. Zulke oude reclames, voor dingen die we nu niet meer zo zouden aanprijzen, als ze überhaupt nog mogen, leggen heel duidelijk de mechanismes bloot die de reclamemakers gebruikten en nog steeds gebruiken bij het bereiken van hun doel: de kijker verleiden geld uit te geven voor een product dat ‘ie niet wil. Daarbij gebruikt de strateeg vooroordelen, onbereikbare idealen (denk aan de Instagram-influencers), een niet-bestaande samenleving en onderbuikgevoelens.

Logisch dat die glamourstrategie zich niet zo op z’n gemak voelt bij kunstenaars die tegen die sprookjeswereld aanschoppen, die iets anders laten zien. De meeste kunstenaars die regelmatig van Facebook en Instagram werden geschopt, hebben intussen een heel simpele, effectieve oplossing. Voor het volledige plaatje klik je door naar de privépagina van de kunstenaar waar de afbeelding wél volledig is te zien, legaal en in alle rust. En Fred, die van die Facebookpagina uit 2011 met l’Origine du Monde, heeft eindelijk een uitspraak in zijn rechtszaak, zo werd begin deze maand bekend. Hij is akkoord is gegaan met een schikking, Facebook doneert een niet nader te noemen bedrag aan de stichting Le M.U.R., een Franse stichting die zich inzet voor streetart. Voor kunst op echte muren, die kunnen wel tegen een stootje.

Onderwerpen