Waarom nog bang zijn voor de Moslimbroederschap?
De Moslimbroederschap zal volgende week maandag de Egyptische parlementsverkiezingen winnen. Dat staat zo goed als vast, en dat maakt ons westerlingen sceptisch. Moslimbroeders vertegenwoordigen immers de islamieten en die hebben in onze ogen weinig respect voor democratie, laat staan voor vrouwenrechten en andere geloofsgroepen. De scepsis is terecht – al is het maar omdat de Moslimbroeders nog nooit geregeerd hebben en dus onervaren zijn – maar voor één ding zullen zij waken: hun macht misbruiken. Het volk heeft ze in de tang.
Op het Tahrirplein is een tweede revolutie gaande: tienduizenden Egyptenaren hebben zich op het beroemde plein verzameld om te protesteren tegen de dictatuur van het leger, dat sinds de val van Mubarak de leiding heeft overgenomen. “Het is Egypte’s leger, niet het legers’ Egypte,” riepen de demonstranten. Het leger, dat in februari nog op steun van het volk kon rekenen, heeft zijn vertrouwen verspeeld. Het beleid dat Mubarak voerde, werd gewoon voortgezet. Veldmaarschalk Tantawi, de facto leider, kon het volk niet sussen met zijn toezeggingen dat de presidentsverkiezingen vervroegd zouden plaatsvinden en dat de Militaire Raad een stap terug zou doen. Tantawi, zo riep het volk, moet aftreden.
Grote kans dat Tantawi binnen een paar dagen inderdaad aftreedt.
Voor de tweede keer dit jaar bewijst het Egyptische volk daarmee dat het niet met zich laat sollen. Het heeft een instrument gevonden om zijn onvrede te uiten. Een uiterst doeltreffend instrument, want tegen een massa woedende en volhardende Egyptenaren kan zelfs het leger niet op. Waarom dus nog bang zijn voor de Moslimbroederschap? Mochten zij de fout in gaan en geen oplossing bieden voor de wijdverbreide corruptie, werkloosheid en machtsmisbruik – want daar draaide de Arabische Revolutie uiteindelijk om – dan zal het volk weer van zich laten horen. Het lot van het land is in handen van de Egyptenaren zelf. Laten we daarop vertrouwen.
