Spring naar de content

Recensie: Annelies Verbeke – Dertig dagen

Huisschilder en klusjesman Alphonse is fundamenteel gelukkig. Hij houdt van zijn geliefde, Kat, en van mensen in het algemeen, hij gaat elke dag met plezier naar zijn werk, en hij woont in een prettig huis in een streek waar hij zich thuis voelt. Oh shit, denk je dan – dit moet wel gruwelijk verkeerd gaan.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Dries Muus

Het is een logische reflex, een begrijpelijk gevolg van de vele romans en verhalen waarin het gelukkige leven van de hoofdpersoon alleen maar wordt beschreven om het later des te harder in elkaar te kunnen laten donderen.

Dertig dagen, de prachtige nieuwe roman van Annelies Verbeke, lijkt een tijd lang een heel andere kant op te gaan. De Vlaamse brengt je al na een paar hoofdstukken in de waan dat je hier dan eindelijk dat unieke, haast mythische boek in handen hebt: een roman over een gelukkig leven van een goed mens, die ook nog eens wegkomt met zijn goedheid.

Optimisme en ellende
Ook die verwachting wordt weer op zijn kop gezet. Verbeke blijft je steeds een stap of twee voor. In dertig hoofdstukken, dertig dagen, volgt ze de van oorsprong Senegalese, maar sterk vervlaamste Alphonse Badji. Alphonse is een hoofdpersoon zonder conflict, lijkt het. Dat hij zijn sputterende muzikantencarrière in Brussel heeft verruild voor een kalm leven in de Westhoek, op de grens van Vlaanderen en Frankrijk, stemt hem niet ontevreden. En de mensen in zijn omgeving kunnen niet zonder hem. Zo gauw Alphonse zijn vriendelijke, serene gezicht om de hoek steekt, storten ze hun hart bij hem uit. Ze kunnen niet anders. Zoals Alphonse niet anders kan dan luisteren en helpen, dan troosten en verzoenen.

UnknownAlphonse z’n ontmoetingen, de problemen van zijn streekgenoten, zijn even sneu als komisch. De alledaagse schoonheid en de treurnis doen af en toe denken aan de romans van Esther Gerritsen. Maar Verbekes hoofdpersonen zijn iets minder absurd. Minder wereldvreemd, misschien, hoe anders, hoe uniek Alphonse ook is. Het is eerder de wereld om hem heen waar steeds meer mis mee blijkt – daar is zelfs Alphonse z’n eindeloze hoeveelheid goede wil niet tegen opgewassen.

Het knappe is dat Verbeke daar niet bitter over wordt. Ze is hard maar niet cynisch, geëngageerd, maar niet moralistisch. Dertig dagen is een roman die tegelijk de goedheid en de slechtheid van de wereld beschrijft, die evenveel reden biedt tot optimisme als tot neerslachtigheid.

‘Laat de vrede triomferen in hondenkappers en bloemenwinkels’, bidt Alphonse in stilte. En we bidden met hem mee.

 Dries Muus schrijft wekelijks voor HP/De Tijd over literatuur.