
Binnenkijken: een Amsterdams hotel, door topdesigner Marcel Wanders
Van een bezoekje aan het woonatelier tot gluren bij de buren – iedere week gaat HP/De Tijd op zoek naar opmerkelijk ontwerp en waardevol woonadvies. Deze week: het Andaz hotel – ooit de Openbare Bibliotheek van Amsterdam – dat van bestek tot bed is ontworpen door Marcel Wanders.
Marcel Wanders, u weet wel, die ontwerper die in 1996 internationaal doorbrak met de Knotted Chair, het design label Moooi oprichtte dat begin vorig jaar zelfs een vestiging in New York opende en die onlangs voor Louis Vuitton deze opvouwbare lounge chair ontwierp à 25.000 euro – een leuk idee voor Valentijnsdag, wellicht.
Na hotels te hebben ontworpen in Miami, Bahrein en Bonn kunnen we sinds een paar jaar ook gewoon bij ons in Amsterdam een hotel van zijn hand ‘bewanderen’. Het pand van het Andaz Hotel, tussen de Keizersgracht en Prinsengracht, dateert uit 1720. Toen deed het een tijd lang dienst als werkatelier en in 1977 was dit de plek van de Openbare Bibliotheek. In 2012 opende het hotel.

Nederlandse geschiedenis
Het idee is dat de logerende gasten als echte Amsterdammers vertrekken. Nee, niet qua arrogantie en liberaal drugsgebruik, maar qua gevoel. De hele inrichting ademt namelijk Nederlandse geschiedenis en lokale cultuur, Marcel Wanders laat dat in details terugkomen. Laten we bij de entree beginnen. De hal lijkt op de hal van een grachtenpand met al het stucwerk en marmer. De bar is donker en intiem, en heeft ook wat weg van de vele bruine cafeetjes in de Jordaan met van die lampen die uw omaatje ook had. Gasten en locals zijn welkom. De grote tafel stimuleert interactie.

De lobby beschikt verder over een eigen bibliotheek, met boeken die ook destijds in de voormalige bibliotheek stonden. Middenin de lobby is het ‘observatorium’: een soort van lichtsluis met op de muur tekeningen in Delfts blauw van zeereizen uit de Gouden Eeuw gecombineerd met bijzondere lampen. De lounge is een combinatie van de ontwerpen van Wanders met antiek.

Een minuutje
Delfts blauw komen we ook tegen op de landkaart op het tapijt, in de vele accessoires en de Delft Blue Room. Wanders maakte diverse ‘one minute of delft blue’ items. Objecten de hij letterlijk in een minuut schilderde, zijn eigen interpretatie van Delfts blauw. De ontwerper zegt daarover: “It’s very straightforward, very simple. I don’t think; I just do it.” U kunt het ook proberen, gewoon doen dus. Bovendien verwijst de naam van het eigen restaurant Bluespoon naar ons typische Hollandse aardewerk.

Achter het restaurant is de stadstuin die de Keizersgracht met de Prinsengracht verbindt. U kunt er rustig mijmeren. De plek is mysterieus en stil. Graffiti-kunstenaar Nick Walker maakte op de muur ‘Alice in Amsterdam’.

Slapen
U kunt natuurlijk ook slapen in het hotel. Er zijn in totaal 122 kamers, waarvan vijf suites. De deuren hebben handgeschilderde kamernummers, het is dus net alsof u uw eigen Amsterdamse appartement betreedt. De kamers zijn open ingericht met veel licht. Er is een walk-in closet, de wasbak is weer zo’n one minute of delft blue en er straat een Wandaz Chair: een leesstoel ontworpen door Wanders.

Elke kamer heeft een opvallende ‘connected polarity’: twee onverwachte items, in dit geval het hoofd van een vis met als staart een object zoals een scheerkwast of een lepel. Wanders raakte geïnspireerd door het logo van Amsterdam (de drie xxx) die hij als steken zag waarmee je alles aan elkaar kunt maken.
Design
Het hotel is een en al design: het restaurant, de tuin, de lobby, de lounge en zelfs de toiletten. Maar volgens ons is dit het mooiste plekje, daar kan geen design tegenop.
