Terugkijken: het venijnige regeerakkoorddebat met gevelde lans en losse teugel
Na alle gortdroge analyses, langdradige samenvattingen en wat dies meer zij, is het tijd om de balans op te maken omtrent het regeerakkoord. Eens even polsen hoe de vlag er in het Haagsche bij staat, zo zou je het regeerakkoorddebat kunnen omschrijven. Bij deze dus: een vrij overzicht van een aantal krachttermen die tijdens het kamerdebat door de Tweede Kamer vlogen.
Want uiteraard viel het regeerakkoord niet overal in goede aarde, en staan oppositie en coalitie met geslepen bajonetten en gevelde lansen lijnrecht tegenover elkaar. De eerste aanvaring die we aan willen kaarten is die tussen Rutte en Wilders, een illuster duo dat immer goed is voor een sneer over en weer.
Rutte vergeleek Wilders’ partij met ‘een vrouw die niet bemind wil worden, en zich daarom zo onaantrekkelijk mogelijk voordoet’. Waarop het inkoppertje van de immer spitsvondige Limburger luidde: “Wie zegt het? Heel Nederland weet niet eens of de heer Rutte ooit een vrouw heeft gehad.”
Stuk gaat verder na het beeldmateriaal van deze uitwisseling.
Deze vrolijke aanvaring tussen Rutte en Wilders, tijdens het #debat zojuist, willen we je niet onthouden: pic.twitter.com/4RI9KNTAC8
— Pauw (@pauwnl) 12 oktober 2017
Thieme vs. Rutte
Een paar pittige quotes met wat meer inhoud kregen we van Marianne Thieme. Het overwegend rechtse kabinet heeft zich niet al te populair gemaakt door de privacy van de Nederlander in de uitverkoop te gooien met de sleepwet. Thieme vindt daar wat van, net als het feit dat Rutte het referendum af wil schaffen. “Het is bijzonder dat u met mensen in gesprek wilt gaan, terwijl dit kabinet het referendum wil afschaffen. Het enige dat dit kabinet omarmt is het afluisteren van mensen, niet het luisteren.”
Ook zei Thieme het volgende, waarbij haar mening over de huidige coalitie zeer kenbaar werd: “De coalitie praat over ‘normale Nederlanders’. Welke groepen bedoelt de coalitie dan met abnormale Nederlanders?”
Het enige dat dit kabinet omarmt is het afluisteren van mensen, niet het luisteren.
Ook SP-leider Emile Roemer is niet te spreken over de rechtse coalitie en sommeert Rutte om eerlijk te zeggen waar het kabinet volgens hem voor staat: “Voor de aandeelhouders en het grootkapitaal. Het is een groot kulverhaal om een heleboel mist op te werpen. De gewone Nederlander wordt door dit komende kabinet van alle kanten gepakt.”
De tekst gaat hieronder verder.
Dit kabinet kiest voor de aandeelhouders en multinationals. @emileroemer #regeerakkoord pic.twitter.com/tXbajFiNjJ
— SP (@SPnl) 12 oktober 2017
Juncker III, Pechtold I
Ook uit de meest rechtse hoek van de oppositie kwam ook felle kritiek op de nieuwe privacymaatregelen. FvD-lijsttrekker Thierry Baudet gooide het in zijn beurt op het spreekgestoelte daarnaast op de groeiende invloed de Europese Unie. Baudet stelde voor om het kabinet maar ‘Juncker-I’ te noemen, aangezien de EU er toch het laatste woord over heeft. Eerder noemde de tweede spreker van het debat, Geert Wilders, het kabinet nog ‘Pechtold I’ en ‘een soort genderneutraal kabinet zonder ballen en zonder vrouwelijke charme’.
Asscher vs. Pechtold
Alexander Pechtold, de vreemde eend in de overwegend rechtse bijt, krijgt er sowieso stevig van langs tijdens het debat. Vanuit de PvdA heeft Lodewijk Asscher kritiek op de 1,4 miljard die naar beleggers gingen, maar die volgens Asscher in de samenleving geïnvesteerd moeten worden. “Compleet onnodig en een cadeau voor bedrijven. Dat is multinationals boven mensen en dat zijn de feiten.”
De tekst gaat hieronder verder.
Van die 1,4 miljard voor beleggers had je fantastische dingen kunnen doen; zoals investeren in de samenleving. @LodewijkA tijdens #debat pic.twitter.com/OOyFCaBtiM
— Partij van de Arbeid (@PvdA) 12 oktober 2017
Historisch verantwoorde grollen
Maar ons aller Alexander is ook niet vies van een grapje hier of daar, en brengt het op een historisch verantwoorde manier. Op een scherpe vraag van Baudet — ‘Waar was Pechtold toen het referendum door het kabinet de nek om werd gedraaid?’ –antwoordde hij: “In de stadhouderskamer of in het Johan de Witt huis. Ik voelde mij Johan de Witt”, een historische referentie naar de gebroeders de Witt.
De vraagtekens rond het hoofd van Baudet spraken boekdelen. Waarop Pechtold vervolgde met: “Daarmee bedoel ik: vechten tot het eind, voor je principes en je idealen.”
De tekst gaat hieronder verder.
En het bleef nog lang onrustig onder de Haagse kaasstolp.