Zieke leraren: wat mag dat kosten?
Leraren zijn relatief vaak ziek. Gemiddeld ligt 4,9 procent van de 322.600 leraren ziek onder de wol, tegenover 3,9 procent over alle werkende Nederlanders. Maar hoeveel kost het voor een school als een leraar ziek is?
Nederland heeft sinds half december te maken met een griepepidemie. 165 op de 100.000 mensen kampen volgens onderzoeksinstituut Nivel met nietsontziende, griepachtige verschijnselen. Ook de leraren worden getroffen, gemiddeld dus vaker dan de rest van Nederland. Leerlingen moeten zelfs naar huis gestuurd worden, omdat het niet lukt om vervanging te regelen.
Uit het recentste onderzoek van het Vervangingsfonds, een belangenorganisatie van de vervangende leerkracht, blijkt dat in 2016 één op de tien kinderen naar huis gestuurd werd, omdat er geen vervanger beschikbaar was. De situatie is schrijnend. In 2016 hebben in totaal 24.401 invalskrachten voor de klas gestaan.
Vervanging
Volgens het Onderwijsblad, het blad van de Algemene Onderwijsbond, hebben basisscholen in 2016 320 miljoen euro extra geïnvesteerd in personeel dat niet in loondienst is.
Ter vergelijking, de reguliere leraren in loondienst kosten in totaal ongeveer 8 miljard euro. De 320 miljoen euro gaat niet alleen naar invalskrachten, maar ook naar het inhuren van interim-directeuren.
In 2012 was dit bedrag nog maar 165 miljoen euro en Ellen Bonke, adviseur personeelsbeleid bij de PO-raad, stelt in het Onderwijsblad dat de kostenstijging grotendeels te danken is aan commerciële bureaus die mee willen profiteren van de grote vraag naar invallers.
Scholen zijn namelijk verplicht om vervanging regelen wanneer een docent ziek verstek laat gaan. Dit kan intern geregeld worden door de directeur voor de klas te zetten of onbevoegde leraren zoals onderwijsassistenten of stagiaires. Voor de portemonnee is dit het makkelijkste. Het kost de school namelijk niets extra’s.
Invalpool
Ook is een docent via een zogeheten invalpool een mogelijkheid. In Oost-Nederland hebben de scholen dit verenigd bij Personeelscluster Oost-Nederland (PON). De 150 aangesloten scholen hebben vier procent meer mensen in dienst genomen om het ziekteverzuim op te vangen. Volgens Hans ter Lindert, coördinator van het PON, is de visie hierachter: ‘overheidsgeld dat bestemd is voor onderwijs dient ook daadwerkelijk naar het onderwijs te gaan.’
Daarnaast kunnen scholen ook gebruik maken van apps om een vervanger te regelen. De leraren krijgen feedback, waardoor een geschikte kandidaat gevonden wordt. Daarnaast houdt dit ‘vervangings-Tinder’ rekening met de Flexwet, zodat leraren niet aangenomen hoeven te worden. Dit kan voor 24 uur en een vervanger kan zo om half 9 de volgende ochtend op de stoep staan.
