Spring naar de content
bron: ANP/Koen Suyk

Spindoctor Arthur van Amerongen: ‘En nou opdonderen, dictator Pechtold’

Het moet een vreselijke lijdensweg zijn voor de gemeenteraadsfracties van D66: alle electorale winst van de afgelopen jaren is in een razend tempo tenietgedaan door het ongeleide, megalomane projectiel Alexander Pechtold. De partij staat nu zesde in de peilingen en de kans is groot dat D66 zelfs nog wordt ingehaald door het CDA en de PVDA.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Arthur van Amerongen
Alexander Pechtold
Beeld:

Pechtold is het lachertje van de Nederlandse politiek geworden. Met de gemeenteraadsfracties van D66 hoeft niemand medelijden te hebben. Die hebben zich altijd slaafs neergelegd bij de kadaverdiscipline van Pechtold. Binnen de partij wordt hier al jaren steen en been over geklaagd maar de gelederen sluiten zich zodra de blinde gehoorzaamheid aan de grote leider ter sprake komt.

Binnen de partij gebeurt niets zonder de toestemming van Pechtold. Het is dus ook niet zo vreemd dat niemand hem durft terug te fluiten, nu hij eigenhandig D66 sloopt. Alleen grijze eminentie Jan Terlouw moppert een beetje voor de bühne maar dat is het dan wel wat de interne kritiek betreft.

Een jaar of tien geleden al hoorde ik, notabene in mijn toenmalige standplaats Paraguay, van een hoge ambtenaar uit Leiden wat voor eng mannetje Pechtold is. De keurige kerel (tegen de 60, GroenLinks-stemmer) had een burnout en was met zijn echtgenoot een half jaar door Zuid-Amerika aan het reizen. We raakten in gesprek op een terras in Asuncion en al snel begon de ambtenaar te fulmineren over zijn voormalige wethouder, die hem naar eigen zeggen fysiek en mentaal gesloopt had vanwege een enorme bouwgrondfraude.

Even wat gortdroge faits divers over Pechtold als wethouder: in 1994 werd hij raadslid te Leiden namens D66 en in 1996 werd hij wethouder, aanvankelijk met als portefeuille Milieu (1997-2002), vervolgens Sport en Cultuur (1997-2003), Grote Stedenbeleid (1998-2002) en Onderwijs en Verkeer en Vervoer/Parkeren (2002-2003).

Alexander Pechtold
Beeld:

Hij hield als wethouder tot tweemaal toe (2002 en 2005) een lokaal referendum over de RijnGouweLijn tegen, dat er na zijn aftreden in 2007 alsnog kwam.

Dat Pechtold toen al fel tegen referenda was, is nieuw voor mij.

De overspannen ambtenaar liep die avond helemaal leeg over Pechtold en een enorme fraudezaak waar hij als wethouder bij betrokken was. Uit beleefdheid luisterde ik toe maar verder interesseerde die lokale kwestie mij toentertijd bar weinig, daar in die bloedhete jungle van Zuid-Amerika.

Ik ben die fraudezaak waar Pechtold tot zijn oren in zat de afgelopen nacht toch maar eens gaan googlen en het is merkwaardig dat het enorme schandaal amper de landelijke media heeft gehaald. Zelfs het Leidsch Dagblad publiceerde er nauwelijks over.

De zaak kwam aan het licht door mr. Paul Ruijs (1948), journalist en juridisch adviseur, die samen met Willem Oltmans, Pim Fortuijn, Pieter Lakeman en anderen in het tijdschrift ‘Quote’ ooit uitgeroepen tot ‘een van de grootste etters van Nederland’. Ruijs verdiende deze eretitel nadat hij vanwege zijn ervaringen in de rechtszaal met ’s lands grootste consumentenorganisaties, samen met enkele andere burgers onderzoek had gedaan naar belangenverstrengeling binnen de rechterlijke macht.

De gemeente Leiden had volgens mr. Ruijs bij een onteigeningsprocedure van een stuk bedrijfsgrond t.b.v. woningbouw een ernstige, niet bestaande, bodemverontreiniging in scene gezet. Daarom werden de noodzakelijke saneringskosten vanwege het principe dat de vervuiler betaalt, bij de hevig protesterende eigenaar in mindering gebracht op de onteigeningsprijs. Anders gezegd: Leiden kwam door deze truc voor een koopje aan de bouwgrond want eenmaal onteigend was de sanering natuurlijk niet meer nodig.

Die werd dan ook nooit uitgevoerd. Leiden declareerde het bouwrijp maken van het terrein en het slopen van het bedrijfspand als ‘bodemsanering’ bij de Provincie ZH, hergebruikte de vrij gekomen ‘ernstig vervuilde’ grond en voerde onder de vlag van “sanering” een veel grotere hoeveelheid wel vervuilde grond van elders uit Leiden af. Omdat die laatste hoeveelheid niet paste in de inhoud van het onteigende stuk grond, werden tekeningen, vrachtbrieven en saneringsverslagen vervalst.

Van die vervalsingen waren Pechtold, commissaris van de koning Jan Franssen (VVD), de milieu-inspectie van VROM, de ambtelijke top van VROM inclusief Jan Pronk via kamervragen tot in detail op de hoogte.

Volgens Ruijs slaagden alle paarse bestuurders van gemeente, provincie en rijk er met hulp van het OM in – daar bepalen ze wie er wel en niet vervolgd wordt – om deze beerput gesloten te houden. De gedupeerde is uiteindelijk financieel en anderszins zwaar in de problemen geraakt en kort daarna overleden.

Alexander Pechtold
Beeld:

Op 27 mei 1998 hield Pechtold samen met de CvdK Franssen ‘spontaan’ een persconferentie om mee te delen dat er van fraude onder zijn verantwoordelijkheid als wethouder van Milieu geen sprake was. Beschuldigingen dat Leiden stevig had gefraudeerd rond de onteigening van een stuk bouwgrond waren volstrekt onterecht. Sterker nog: mijnheer Ruijs – die optrad namens de gedupeerde – moest eens ophouden met zijn stemmingmakerij, doofpot-verhalen en dwaze beschuldigingen, aldus Pechtold.

Voormalig HP/de Tijd-onderzoeksjournalist Stan de Jong schreef dat Paul Ruijs niet alleen stond in zijn vermoeden dat de gemeente Leiden had gefraudeerd.

Ook het Statenlid C. van Laar van de provincie Zuid-Holland constateerde dat er was gesjoemeld met de bodemsanering om er zo een financieel slaatje uit te slaan. Het minsterie van VROM besloot uiteindelijk na onderzoek dat er geen fraude in het spel was en de zaak ging in de doofpot.

Echter: in januari 2009 werd bekend dat er grootschalige fraude was ontdekt bij het betreffende bodemadviesbedrijf, Bodemstaete uit Vught, dat 13 jaar lang nep-rapporten had opgesteld en bodemanalyses vervalste. Het bedrijf mocht zijn werkzaamheden niet meer uitoefenen. De vervalste rapportages zijn onder andere gebruikt om te verklaren dat de bodem “brandschoon” was. Het betreffende bedrijf heeft inmiddels tegen de VROM-inspectie toegeven met monsters en rapportages te hebben gesjoemeld. Het zou gaan om maar liefst tweeduizend vervalste rapporten.

Voor Pechtold was er geen vuiltje aan de lucht en hij werd burgemeester van Wageningen, met wachtgeld van de gemeente Leiden. Pechtold ging als burgemeester van Wageningen minder verdienen dan als wethouder in Leiden. Om welk bedrag het gaat, wilde de gemeente Leiden niet zeggen, ondanks vragen van raadsleden Wim Bleijie (CDA) en Jacques de Coo (LWG/De Groenen).

Alexander Pechtold
Alexander Pechtold in het televisieprogramma De Zwakste Schakel.

Het typeert Pechtold: vrijwillig vertrekken naar Wageningen en toch geld incasseren van de gemeente Leiden. Na een zeer kortstondig ministerschap in Kabinet-Balkenende II kreeg Pechtold 9422 euro wachtgeld per maand. Pechtold en pecunia: het is een spannend huwelijk. De goede man is bovendien dol op kadootjes.

Om nog even terug te komen op het appartement in Scheveningen dat zijn ondergang inluidde: precies een jaar geleden reageerde Pechtold bij Omroep Gelderland op De Telegraaf, die schreef dat Pechtold in het ‘afgelegen Wageningen’ woont.

Pechtold smalend: “Dan denk ik, jongens kijk eens iets verder dan de Randstad. Het is iets voorbij Utrecht. Mensen in Zevenaar die De Telegraaf lezen, krijgen zo het gevoel dat ze in Duitsland wonen.”

Pechtold zegt tegen Omroep Gelderland nooit overwogen te hebben om naar Den Haag te verhuizen (drie maanden nadat hij het appartement in Scheveningen kado kreeg van zijn Canadese ‘vriend’).

“Ik ben in 2003 burgemeester van Wageningen geworden, dat duurde kort. Maar ik heb het altijd een fijne stad gevonden met veel groen eromheen en het ligt lekker centraal in Nederland.”

Met geld en de waarheid neemt Pechtold het dus niet zo nauw. Daar kom je als politicus nog wel mee weg in Den Haag. Maar je komt niet weg met een smadelijk zetelverlies, als gevolg van keiharde kadaverdiscipline en een ziekelijk narcisme. Dankzij Pechtold, de risée van de Nederlandse politiek, wordt D66 op 21 maart gedegradeerd tot een geur- en kleurloze middenmotor in de Nederlandse politiek.