Spring naar de content
bron: Nikki van de Poel

Gebroederlijk wachten op nieuwe liedjes in Nashville

Americana-zangeres Judy Blank (23) bezocht deze zomer haar geliefde Nashville, Tennessee. Vandaag presenteert ze haar debuutalbum Morning Sun. Een verslag van een weekje in Music City, samen met fotografe Nikki van de Poel.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Frank Hettinga

Bij de psycholoog op de sofa

MAANDAG, 8.00 uur.
Mijn Utrechtse vriendin Nikki van de Poel vindt me op de veranda aan de achterkant van het huis in Lockeland Springs, een hippe wijk in East Nashville. Ze is fotografe en voor een weekje overgekomen vanuit Nederland. Ik speel wat gitaar, met koffie en een opschrijfboekje binnen handbereik.

Dit is het huis van Scot Sax en Suzie Brown, dat lijkt weggelopen uit de jaren zeventig – overal liggen boeken, platen en gitaren. Veel gitaren. Het muzikantenstel is samen voor een maand op toer en ik mag oppassen. Scot toerde met Robert Plant en won een grammy voor zijn hit die hij schreef voor Faith Hill. Suzie is ook singer-songwriter en we schrijven veel samen.

Vorig jaar november jaar zaten we hier samen voor het eerst. Gitaren erbij. En plots zong ik: Maybe I am too young to grow old with you. En Suzie, direct daarna: I don’t wanna feel it, but sometimes I do. Bam. Bam. Refrein! Dat werd het nummer 1995.

Morning Sun is echt een eerlijke plaat geworden. Liedjes schrijven is voor mij alsof ik bij de psycholoog op de sofa lig. Het album is een zoektocht geweest, om mezelf beter te leren begrijpen. Als ik met een probleem zit, treedt er soms een blokkade op – ik weet niet precies wat er aan de hand is. Als ik er dan over schrijf, kan ik mijn gevoel op papier bekijken en beter een oordeel vellen.

Een oceaan van computergestuurde muziek

DINSDAG, 13.00 uur
Nikki en ik vermaken ons prima in West-Nashville, om precies te zijn in Southern Thrift, mijn favoriete kringloopwinkel. We delen een liefde voor alles wat oud is. Zij fotografeert analoog en ik weiger computerinstrumenten te gebruiken tijdens opnames.

Grappig eigenlijk, ik ben super perfectionistisch, maar ik houd juist van imperfectie. Al mijn nummers zijn live ingespeeld, met de hele band tegelijk. Zoals op mijn favoriete platen uit de jaren zeventig van Bob Dylan, Joni Mitchell en Townes van Zandt. Ze zijn nu nog steeds relevant, dat hoop ik over veertig jaar ook over mijn eigen plaat te kunnen zeggen.

Ik zal altijd menselijke ritmes boven computerritmes verkiezen, omdat het echt is, puur. Dat moet een plaat zijn. Je vangt een moment. De liedjes werden op dat moment zo gevoeld. Ik wil in die oceaan van computergestuurde muziek trouw blijven aan echte instrumenten en aan mensen die met hun handen muziek maken en niet met een knopje.

Grappig eigenlijk, ik ben super perfectionistisch, maar ik houd juist van imperfectie.

Nadat ik in 2013 deelnam aan het tv-programma De Beste Singer-Songwriter van Nederland kwam ik met het album When The Storm Hits. Op het conservatorium was het idee bij me gegroeid dat ik muziek moest volstouwen met ingewikkelde jazzakkoorden en –progressies. Echt onzin! Gewoon gekunsteld!

Judy Blank. Beeld:

Amerika opende mijn ogen. Ik was 19 jaar, bezocht New Orleans, Louisiana, de stad van de jazz en reisde door naar Lake Charles. Daar kwam ik in aanraking met oude folk en country. Ik luisterde veel naar The Wood Brothers. Wauw! Ik zag in dat het gaat om wat ik voel. Wat anderen voelen. Niet om zeven of maar twee akkoorden.

Ik zie daarom Morning Sun als mijn debuut. En niet When The Storm Hits. Daar zat geen gedachte achter, het was een collectie van liedjes die ik tot dan toe had geschreven. Dat is nu wel anders. Ik geef zoveel om de liedjes op deze plaat. Ik kan altijd terugvallen op 1995. Ook als ik 30 jaar ben, kan ik daar nog mijn gevoel in leggen. 

Hey, we should write a song!

WOENSDAG, 18.00 uur
Na een avond vol 50’s swingdance, klassieke two-step en linedance in The Legion – misschien wel het best bewaarde geheim van Nashville – rijden Nikki en ik in een Jeep Cherokee naar Dino’s. Voor ‘The Best Burger In Town’.

Het is de favoriete tent van Patrick Damphier, producer van bands als The Arcs, The Mynabirds en Jessica Lea Mayfield. Hij is een van de weinige producers die geboren en getogen is in Nashville. We rijden samen op richting Berry Hill, waar hij werkt in Pentavarit Studios. Momenteel aan het album van Christopher Mansfield, beter bekend als Fences, die in 2015 met ‘Arrows’ een wereldhit scoorde samen met Macklemore. Bijna 38 miljoen keer beluisterd op Spotify.

Ik ontmoette Mansfield afgelopen maart in een vintagewinkel en een paar dagen later zaten we muziek te maken in zijn slaapkamer. Chris liet me een demo horen van een nieuw liedje. Ik hoorde er meteen een tweede stem bij en begon te zingen. Hij vond het te gek, en vroeg of ik mee wilde zingen op zijn nieuwe album.

Judy Blank in de studio. Beeld:

En nu, maanden later, zit ik in de studio met zijn producer om de laatste overdub van het album op te nemen. Voor mij is Nashville de liedjesstad van de wereld. Als je hier toevallig iemand ontmoet en een superleuke klik hebt, zeg je niet: we moeten koffiedrinken! Nee: Hey, we should write a song!

Als je hier toevallig iemand ontmoet en een superleuke klik hebt, zeg je niet: we moeten koffiedrinken! Nee: Hey, we should write a song!

Handschoenen met geschilderde botten

DONDERDAG, 11.00 uur

We brengen een bezoek aan James A. Willis, een kunstenaar die boven zijn werkplek woont, een smal, industrieel pandje tussen twee oude autofabrieken in. James beschildert gitaarkoffers, is leerbewerker, maakt podcasts en werkt voor Gibson.

Judy Blank
James Willis. Beeld:

Ik ken hem via Southern Ground, de studio waar ik Morning Sun heb opgenomen. James heeft de hele studio van kunst voorzien, met onder andere twaalf beschilderde gitaarkoffers.

Tijdens mijn opnames stuurde ik hem een brutaal berichtje; of ik misschien zijn werkplek zou mogen zien. Dat kon diezelfde dag nog en sindsdien zijn we vrienden.

James is ontzettend bescheiden en zegt altijd dat hij alleen gitaar speelt voor zichzelf, maar als ik hem vraag of hij zin heeft mee te spelen, haalt hij toch een mandoline tevoorschijn, een Gibson uit 1910. We zingen ‘Blue Eyes Crying In The Rain’ van Willie Nelson.

James is een vrij mysterieuze kunstenaar. Zo maakt hij per jaar een paar exemplaren van handschoenen met botten erop geschilderd. Hij maakt ze niet op aanvraag, en je kunt ze ook niet kopen. De enige manier om ze te krijgen is door ze van hem te stelen. Hij mag het niet doorhebben, anders telt het niet.

Op Instagram kun je volgen waar de handschoenen zijn via de hashtag #whoswearingthebones. Vraag me niet hoe, maar mij is het na veel moeite gelukt een paar te bemachtigen. Nikki en ik sluiten de dag af bij Jeni’s Icecream.

Totaal star struck

VRIJDAG, 12.00 uur

Voor mij is er geen andere plek die de drang om liedjes te schrijven zo in me aanwakkert dan Nashville. Ik sta hier continu op scherp in mijn zoektocht naar mooie zinnen, metaforen en gitaarpartijtjes.

Songwriting is voor mij het allerbelangrijkste. Ik ben super picky, wil dat alles meezingbaar is, simpel klinkt, maar mét een voelbare extra lading. En daar wil ik erkend voor worden, dat geeft mijn creatieve hart voldoening.

En ik heb het gevoel dat dat in Amerika meer gehoord wordt dan in Nederland. Hier komen mensen naar me toe: “Hey, dat ene zinnetje is zo visueel, zo mooi geschreven.”

Er zijn hier ook zoveel coole mensen die continu met muziek bezig zijn. Zo ontmoette ik Rayland Baxter in een koffiezaakje. Ik was totaal star struck. Maar een paar dagen later zaten we bij hem te jammen in zijn woonkamer.

Hetzelfde gebeurde met songwriter en producer Billy Harvey. Hij is onder andere gitarist van Katey Sagal van Sons of Anarchy. En hij nam Suzie Brown’s album op, waaraan ik veel meeschreef. Billy vroeg of ik met hem een liedje wilde schrijven. En dus zitten we nu bij hem op zijn veranda.

Een liedje mag hier een liedje zijn. Het gaat om oprechtheid. Niet om hoe cool je eruitziet, of dat je de beste bent. Twee mensen met een gitaar, een opschrijfboekje en een laptop. Dat is alles.

Zoals Dan Auerbach van The Black Keys zo mooi zingt op zijn soloplaat: “I’m just waiting, waiting on a song.”

Onderwerpen