Spring naar de content
bron: ANP/Bart Maat

Hoe Dijkhoff de Drs. P van de VVD werd

Klaas Vaak, of het Zandmannetje: kent u hem nog, deze kabouter uit het sprookje van Hans Christian Andersen die kinderen zand in de ogen strooide zodat ze in slaap vielen? Ik wel. Das Sandmännchen was tot eind jaren tachtig dagelijks op de Duitse televisie. Als kleuters keken we iedere avond –  gefascineerd door zijn fantasierijke verhalen.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Jan Smit

Dit kolderieke poppetje met zijn kraaloogjes, witte vlashaar en rode puntmuts: ik moest er direct aan denken toen ik VVD-fractievoorzitter Klaas Dijkhoff maandagavond hoorde praten over de strapatsen van zijn nieuwste troef: Thierry Aartsen. Vanaf donderdag vervangt dit aspirant-VVD-Kamerlid Jeanine Hennis.

Aartsen, jarenlang actief in de gemeenteraad van Breda, waar Dijkhoff zelf ook begon aan zijn politieke loopbaan, twittert veel. Zijn frustraties laat hij daarbij graag de vrije loop. Depressieve mensen die zich ten einde raad voor de trein gooien, Sylvana Simons die pleit voor de afschaffing van Zwarte Piet en dat moet bekopen met doodsbedreigingen, vrouwen überhaupt: Aartsen mag er graag digitaal overheen plassen .

Een volksvertegenwoordiger onwaardig, vinden velen – verscheidene lokale VVD-coryfeeën incluis (“Zo’n eikel wil je er niet bij hebben”).

‘Ik ben wie ik ben’

Aartsen reageerde aanvankelijk laconiek. Oude koeien, vond hij – de tweet kwam uit 2009: “Ik ben wie ik ben.” Maar toen de storm in de social media doorzette, betuigde hij alsnog spijt over de trein-tweet. Dat had hij niet hoeven doen, suste Dijkhoff. Dom, die tweets, maar geen reden om zijn stadsgenoot en kèrnevaalsmotjo (motjo is Bredaas dialect voor maatje) te laten vallen. “Laten we ook accepteren dat mensen dingen doen die niet slim zijn.”

Een fraai aforisme, van het soort waarin Dijkhoff grossiert sinds hij oktober vorig jaar de fakkel overnam van Halbe Zijlstra. Hij moet wel. Aan de schier oneindige stroom VVD’ers die het liberalisme ietwat al te letterlijk interpreteren komt maar geen eind.

Ineens moest de man die we hadden leren kennen als een pragmatische, slimme, vrolijke Brabo – geliefd vanwege zijn droogkomische humor en zijn heldere taalgebruik; in 2015 beloond met de titel politicus van het jaar en de gedroomde opvolger van Mark Rutte – alle registers opentrekken.

Eerst was er Wybren van Haga, de Haarlemse huisjesmelker die in Amsterdam de verhuurregels aan zijn laars lapte. Dijkhoff zette er een interne integriteitscommissie op – wij van WC-eend keuren WC-eend. Die oordeelde dat Van Haga verkeerd had gehandeld. Maar als hij zich in vervolg niet meer met zijn vastgoedportefeuille zou bemoeien, was er geen noodzaak om op te stappen. Zand erover.

Dijkhoff zette een interne integriteitscommissie op van Haga – wij van WC-eend keuren WC-eend

Bij Henry Keizer, de partijvoorzitter die in opspraak raakte omdat hij een uitvaartvereniging had gestript, reageerde Dijkhoff al even nonchalant. Aan tafel bij Pauw in mei dit jaar, zeven dagen nadat het OM beslag had laten leggen bij Keizer op verdenking van verduistering en valsheid in geschrifte: “We hebben er een hoop over gelezen maar er is niet veel doorgepakt. De enige zaak die er was, is in zijn voordeel beslecht, heb ik begrepen.”

Aan Zijlstra, die opstapte omdat hij had gejokt over een bezoek aan de datsja van Vladimir Poetin, waar de Russische president zou hebben gesproken over plannen voor terugkeer naar een Groot-Rusland, maakte Dijkhoff weinig woorden vuil. Maar toen collega Ton F. van Dijk middenin de vakantie op deze website onthulde dat Van Hage een spreekverbod had opgelegd gekregen van onder anderen Dijkhoff en Het Parool meldde dat Van Haga zich nog steeds zou bemoeien met het beheer van zijn vastgoedportefeuille, was het weer raak. Nonsens, sneerde Dijkhoff: “De dagelijkse leiding van het bedrijf heeft hij uit handen gegeven om zich volledig op z’n Kamerwerk te kunnen richten. Daar hebben Nederlanders meer aan dan aan dit gedoe.”

Klare taal van Dijkhoff over Ten Broeke

Na Van Dijks tweede primeur over het aftreden van Han ten Broeke wegens een ‘ongelijkwaardige’ relatie met een veel jongere medewerkster, gloorde er weer enige hoop. Híj zou een relatie tussen een Kamerlid en een fractiemedewerkster nooit hebben toegestaan. Klare taal: zo kenden we hem weer. Om daar direct aan toe te voegen dat de fractieleiding vijf jaar geleden toen de relatie intern aan het licht kwam “zorgvuldig” had gehandeld. Afgedane zaken opnieuw behandelen – lees zijn voorganger Zijlstra afvallen -, dat was niet aan hem. Iets wat hij met deze paradoxale boodschap nu dus juist wel deed.

Maar de geforceerde verbale Houdini-acts van Dijkhoff roepen steeds meer irritatie op – bij de oppositie en de coalitiepartijen en binnen de VVD. Tijdens het Kamerdebat over de toespraak van VVD-minister Blok over het failliet van de multiculturele samenleving, kreeg niet de bewindsman de wind van voren, maar degene die opnames tijdens deze besloten bijeenkomst had gemaakt en had doorgespeeld aan de media. Dit onder het motto: de aanval is de beste verdediging. Tevergeefs probeerde hij het onderwerp van het debat te veranderen. De inhoud van de toespraak – is integratie wel mogelijk? – dáárover zou de Kamer volgens Dijkhoff moeten delibereren.

En de reacties op de brallerige tweets van Aartsen? Dijkhoff: “Hysterie.”

Dijkhoff begint meer en meer op Drs. P te lijken

De hopman van de VVD-fractie heeft steeds meer weg van Drs. P, die, terwijl hij Dodenrit voordraagt , zijn tragische lied (“Trojka hier, trojka daar”) over een Russisch gezin dat in Siberië bij 30 graden onder nul in de arrenslee op weg is naar Omsk, wordt achtervolgd door een troep wolven, het ene na het andere kind opoffert, en wanhopig steeds harder en sneller begint te praten.

Die aforismen en andere platitudes, dat praten met meel in de mond, om al dat gestuntel van zijn fractie- en partijgenoten te bagatelliseren: de vraag is hoe lang Dijkhoff, de man die juist furore maakte vanwege zijn voor politici verfrissend heldere taalgebruik, het zelf nog trekt. En, hoe lang hij er nog mee weg komt.

Das Sandmännchen: das war einmal.