Spring naar de content
bron: YouTube

Vlogboek: recensent Jörgen Apperloo maskeert zijn onwetendheid met pseudo-academische kwakzalverij

Ilja Leonard Pfeijffer kijkt, net als een handvol andere geïnteresseerden, soms naar de boekbesprekingen van Jörgen Apperloo op zijn YouTube-kanaal Vlogboek. Die besprekingen zijn meestal niet zo goed, maar ronduit kwaadaardig is zijn meest recente video over de roman Luister van Sacha Bronwasser.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Ilja Leonard Pfeijffer

Er bestaat iemand die Jörgen Apperloo heet. In het jaar 2022 maakte hij furore in een dunbevolkte niche van het internet als de Lezer des Vaderlands, die zichzelf de plicht had opgelegd om een jaar lang alle Nederlandstalige literatuur die de CPNB Bestseller Top 60 haalde te lezen en in korte video’s te bespreken. Ik volgde hem in die tijd en ik moet toegeven dat mijn bovengemiddelde behoefte aan leedvermaak dikwijls werd bevredigd door zijn neerbuigende videorecensies van de commerciële producten van bekende Nederlanders en thrillerschrijvers die in dat jaar, zoals in alle jaren, de bestsellerslijst domineerden. Eigenlijk was hij altijd hautain en minachtend in zijn filmpjes, zelfs in die zeldzame gevallen waarin goed nieuw werk van gerenommeerde literaire auteurs op zijn bespreeklijst was beland. 

Jörgen Apperloo is thans al geruime tijd emeritus Lezer des Vaderlands, maar hij maakt nog steeds filmpjes waarin hij boeken bespreekt. Ze zijn verzameld op de site Vlogboek. De video’s worden steeds langer en gelikter (niet in de zin dat ze worden geliked, maar dat ze gelikt zijn gemaakt) en Jörgen Apperloo gaat steeds sneller praten, maar in feite blijft hij trouw aan zijn eerdere missie om vrijwel alles wat er in Nederland wordt geschreven met dedain af te serveren. Hij heeft een sympathiek videohoofd, dat moet worden gezegd. Hij is echt zo’n man die truien draagt. Maar tegelijkertijd wil dat ironische en vlotte koppie bij voortduring uitstralen dat we hier met een serieus persoon te maken hebben, die er niet voor terugdeinst om zijn academische bagage als onneembare horde voor bewondering op te werpen. 

Abboneer op een lidmaadschap

Flinke korting op een digitaal jaarabonnement

Sluit nu voordelig een abonnement af en maak kennis met de journalistieke kracht van HP/De Tijd. (Op elk moment opzegbaar.)

Word abonnee

Zijn meest recente video, die inmiddels al 547 keer is bekeken en 9 keer is geliked, gaat over de roman Luister van Sacha Bronwasser. Dit boek was de literaire ontdekking van 2023. Het was de op drie na bestverkochte Nederlandse literaire roman van dat jaar en inmiddels staat het ook op de longlist voor de Libris Literatuurprijs 2024. De hoogste tijd voor Jörgen Apperloo om er korte metten mee te maken. 

‘Goede literatuur is zelfbewust en laat je aan andere boeken of teksten denken,’ zegt de voice-over van Jörgen bij vergeelde beelden van Parijs. ‘Een vaardige schrijver kan dit actief en subtiel inzetten, maar intertekstualiteit kan ook onbewust optreden.’ In twee zinnen heeft hij de toon gezet. Hier spreekt iemand die weet heeft van goede literatuur en die niet van plan is om een technische term als ‘intertekstualiteit’ te schuwen. 

Vervolgens gaat hij het concept van de intertekstualiteit toepassen. We zouden nu wellicht een exposé verwachten over de schatplichtigheid van de roman van Bronwasser aan de tragedie Oedipus Rex van Sophocles, omdat beide de relatie tussen ‘zien’ en ‘weten’ thematiseren en omdat er in beide sprake is van een contrast tussen ziende blind zijn en letterlijk blind zijn en weten. De blinde ziener van Sophocles heet Philippe en Flo wordt met blindheid geslagen zoals Oedipus. Maar Apperloo verrast ons met een ontwapend eerlijk inkijkje in zijn eigen culturele belangstellingen. Hij vertelt dat de titel Luister (de ‘imperatief’, zegt hij, want hij kent veel technische termen) hem doet denken aan Listen van Beyoncé en aan nummers van de rapper Boef, die ook met ‘luister’ beginnen. Dan gaat hij terug naar de literatuur. Hij heeft ontdekt dat het woord ‘luister’ ook in twee romans van Hafid Bouazza voorkomt. Op grond daarvan formuleert hij de verwachting dat de roman van Bronwasser net zo zintuiglijk zal zijn als het werk van Bouazza, om vervolgens teleurgesteld te melden dat de roman van Bronwasser deze belofte niet waarmaakt. 

Dan zijn we pas op 1:56 van de video, maar er is uitsluitend op grond van de titel al een compleet rookgordijn van pure onzin opgetrokken. Intertekstualiteit is een nuttig concept als je het productief maakt voor de interpretatie, maar Apperloo komt met willekeurige associaties om het Bronwasser vervolgens kwalijk te nemen dat die op geen enkele manier iets met haar verhaal te maken hebben. Met al die aandacht die hij aan de titel van de roman besteedt, is het des te verbazingwekkender dat hij niet doorheeft dat deze titel op de allerlaatste pagina van het boek zijn volledige wrange lading krijgt, hetgeen een van de meest indrukwekkende manoeuvres is in deze knap geconstrueerde roman. 

De met academisch termen gelardeerde flauwekulsoufflé waarmee de video begint, is illustratief voor de methode van Apperloo. Ook de malicieuze intentie is dat. 

Ik heb er al te veel woorden aan vuilgemaakt, ik weet het. Maar de met academisch termen gelardeerde flauwekulsoufflé waarmee de video begint, is illustratief voor de methode van Apperloo. Ook de malicieuze intentie is dat. 

Een groot deel van de video gaat over Parijs, waar Luister van Bronwasser zich gedeeltelijk afspeelt, maar het gaat niet zomaar over Parijs, het gaat over een ‘topografische analyse’, volgens de methode van de Amerikaanse deconstructivist Joseph Hillis Miller jr., wiens studie Topographies uit 1995 in beeld wordt gebracht en wordt geciteerd om gezag te verlenen aan de weinig opzienbarende observatie dat een plek, een stad of land waar een verhaal zich afspeelt, niet alleen associaties oproept met die locatie in de werkelijkheid, maar ook met datgene wat er over die plek in ons culture geheugen is opgeslagen. ‘Maar de werkelijkheid blijft toch altijd een solide basis,’ voegt Miller daaraan toe. Gelukkig maar. 

Het academische machtsvertoon van Apperloo is wederom niets anders dan ijdele opsnijderij, want hij maakt de theorieën van Miller vervolgens op geen enkele manier productief voor zijn interpretatie van het besproken boek, behalve dan dat hij ze gebruikt als aanleiding om een vakantieanekdote te vertellen, want hij is ook een keer in Parijs geweest. Zijn oude vakantiefoto’s komen in beeld. Verderop in de video komt Topographies nog een keer terug. Miller heeft daarin geanalyseerd op welke manier de Londense straatnamen in The Pickwick Papers van Dickens informatie bevatten over de sociale stratificatie van de Engelse maatschappij. Apperloo kent Parijs niet goed, zegt hij. Daarom kan hij de straatnamen die Bronwasser noemt niet analyseren zoals Miller heeft gedaan. In plaats van dat hij van Miller heeft geleerd dat je onderzoek moet doen alvorens je bek open te trekken, rechtvaardigt zijn eigen onwetendheid volgens hem de beschuldiging van namedropping in het geval van Bronwasser. 

Maar dit is allemaal nog niets. Echt kwaadaardig wordt het filmpje tegen het einde. En dat is de reden waarom ik heb besloten Jörgen Apperloo onverdiend de eer te gunnen om door mij aan deze analyse te worden onderworpen. Want wat hij daar doet, kan echt niet en is een klap in het gezicht van Bronwasser en van de literatuur in het algemeen. 

Na wat geleuter over verandering als thema in de roman en als fenomeen in de werkelijkheid begint Apperloo plompverloren over een ‘blinde vlek’ in de roman. Er komen namelijk geen moslims in voor, behalve wanneer er terroristische aanslagen worden beschreven. ‘Bij Bronwasser blijft de kennismaking met andere culturen beperkt tot naamloze terroristen,’ zegt Apperloo. ‘Waar de topografische analyse van het boek geen diepte biedt op sociologisch vlak, geeft de beperkte aanwezigheid van andere culturen en hoe deze worden getypeerd de roman een ongemakkelijk xenofobisch randje. Het is tekenend dat het boek een succes is geworden in het jaar waarin een islamofobe politieke partij de grootste van Nederland is geworden.’ 

Jörgen Apperloo bewijst de Nederlandse literatuur geen dienst als hij zijn onwetendheid met pseudo-academische kwakzalverij maskeert met het doel om goede boeken in een kwaad daglicht te stellen.

Je kunt een auteur niet verwijten dat zijn of haar boek niet gaat waarover het niet gaat. Anders zouden we het Bronwasser ook kwalijk kunnen nemen dat haar roman met geen woord rept over de klimaatcrisis of over de opkomst van China en dat zij met haar stilzwijgen over de oorlog in Oekraïne de agressie van Poetin lijkt te rechtvaardigen. De roman gaat niet over moslims. De roman gaat niet eens over Parijs. Parijs is een van de decors in deze bijzondere roman over herinneren en vastleggen, over zien en gezien zijn, over toeval en maakbaarheid en over de ethiek van kunst en van de toe-eigening van andermans verhalen. Het spannende verhaal wordt verteld op manier die ervoor zorgt dat de lezer tot aan het einde wordt beziggehouden door de vraag in hoeverre de roman die hij aan het lezen is een wraakoefening is en als zodanig een voorbeeld van de onethische toe-eigening die erin aan de kaak wordt gesteld. Hoewel Jörgen Apperloo veel technische termen kent en één topografische studie heeft gelezen, is dit allemaal te hoog voor hem gegrepen. Hij rept met geen woord over deze thematiek. In plaats daarvan verkiest hij het om het succes van de roman te koppelen aan de verkiezingswinst van de PVV van Geert Wilders. Het succes van Luister van Sacha Bronwasser is voor een klein deel te danken aan de prettige radiostem van Philip Freriks, die een spotje voor het boek heeft opgenomen, maar toch vooral aan de uitzonderlijke kwaliteit van het boek. Het zou de Libris Literatuurprijs verdienen, ware het niet dat er ook nog een paar andere goede boeken zijn genomineerd. En Jörgen Apperloo bewijst de Nederlandse literatuur geen dienst als hij zijn onwetendheid met pseudo-academische kwakzalverij maskeert met het doel om goede boeken in een kwaad daglicht te stellen.

Met uw donatie steunt u de onafhankelijke journalistiek van HP/De Tijd. Word donateur of word lid, al vanaf €5 per maand.