Spring naar de content

Hoe woker hoe gekker: Drs. P moet op de brandstapel!

Don Arturo leest dat Drs. P is gecanceld omdat hij vijftig jaar geleden een humoristisch boekje schreef over ontucht, en herinnert zich dat hij zelf ook over dit onderwerp heeft geschreven. Exclusief in HP/De Tijd: een voorpublicatie uit Tuurtje: kind van vele pappa’s.

Het moet niet woker en dwazer worden in Nederland, vrienden: een roedeltje afgedankte soapies en volslagen onbekende BN’ers eist ter meerdere eer en glorie van henzelf dat het licht erotische boekje Allerlei Ontucht (uit 1971) van ons aller Drs. P op de brandstapel moet! 

Allerlei Ontucht behoort volgens Frits Spits en mijn grote vriend Vic van de Reijt, die mijn bestseller Mambo Jambo uitbracht en voorzitter is van het Heen- en Weerschap, beslist tot het meest curieuze werk van Heinz Polzer alias Drs. P. Zó curieus dat zelfs het pseudoniem Drs. P voor de schrijver niet volstond. Het boekje – waarvan een heruitgave is gedrukt – werd uitgebracht onder de naam drs. S. 

Abboneer op een lidmaadschap

Flinke korting op een digitaal jaarabonnement

Sluit nu voordelig een abonnement af en maak kennis met de journalistieke kracht van HP/De Tijd. (Op elk moment opzegbaar.)

Kies een abonnement

Ik citeer Vic in de Taalstaat: “Heinz Polzer heeft het auteurschap ervan altijd ontkend. Hoewel het in die tijd voor weinig opschudding zorgde, zou het incorrecte kinderboek – dat onder andere incest, kinderprostitutie en pedoseksualiteit beschrijft – nu niet meer zomaar kunnen worden uitgegeven.” 

Laten we even kijken naar de moraalridders die het boekje op de brandstapel willen smijten. 

Nienke Plas moest ik googlen en zij blijkt in 1991 twee keer auditie te hebben gedaan bij Goede Tijden, Slechte Tijden. Verder staat op haar Linkedin-wandje dat ze met goed gevolg de Spinazie-academie heeft doorlopen, inclusief de vakken waterkoken en vloermoppen. 

Robert Rodenburg klinkt als Dirk Diggler in Boogie Nights, u weet wel, die porno-acteur met die grote Wiener, en Robert staat dan ook hoofdzakelijk bekend als ‘gay’. Voor zijn loopbaan lijkt het mij beter dat hullie uit de kast komen als non-binaire kapper, want scoren met een dode Drs. P levert hullie alleen maar wat aandacht op in mijn vrijdagse preekje. Waarvan akte. 

Romy Monteiro ken ik nog als Romeo, toen hij glazen ophaalde in de beroemdste lgbtqqip2saa+-bar van Portugal: de Finalmente

Lucy Woesthoff is de vrouw van Dinand Woesthoff. ROFLOL! 

En dan hebben we nog boekverbrander k2im, een stokoude socialite waar ik nog nooit van gehoord had en die er zelfs niet in slaagde een amateurvoetballer uit Moldavië aan de haak te slaan.

Een opportunistisch kneuzenclubje dus: ik hoorde het u denken. Mensen die denken dat de folder van de Wehkamp een boek is. 

De woede van deze eencellige moraalridders, mislukte braderie-artiesten en pathologische aandachtsjunks gaat onder andere om deze paar geestige regels uit Allerlei Ontucht

Waar blijft Rika toch?’ vraagt Vader.
‘Het is al tegen zessen.’
‘Zal ik de tafel dekken, Moe?’ vraagt Wim.
Is dat niet aardig van Wim?
Ja, dat is goed,’ zegt Moeder.
Het eten is zo klaar.
Wim dekt de tafel.
‘Keurig hoor,’ zegt Vader in zijn gemakkelijke stoel. Moeder doet het eten op.
‘We beginnen maar, hoor,’ zegt ze.
‘Anders verpietert alles.’
Maar daar komt Rika.
‘Dag Vader, dag Moe,’ zegt ze.
Ze gaat gauw zitten.
‘Kind, kind,’ zegt Moeder.
‘Wat ben je weer laat.’
‘Waar heb je uitgehangen?’ vraagt Vader.
Hij neemt nog een schep jus.
‘O, gewoon wat getippeld na school,’ zegt Rika.
‘Zo?’ zegt Vader.
‘En, heeft het nog wat opgeleverd?’
‘Dat gaat wel,’ zegt Rika.
Ze neemt een flinke hap vlees.

Ik heb even met Vic gebeld over deze kwestie, en hem uiteraard gefeliciteerd, want de hele oplage van het vieze boekje was binnen een uur na zijn optreden bij Frits Spits uitverkocht. 

Kom er maar in, Vic: 

“Tuurtje, we kregen inderdaad gisteren en vandaag vele boze reacties in de inbox van Het Heen- en Weerschap. Duidelijk geregisseerd, geen van de klaagsters leek het boek te kennen of gelezen te hebben. Laat staan dat ze de ironie van de auteur begrijpen of ooit zullen begrijpen. Het boek is verschenen in een beperkte oplage, 300 exemplaren, die inmiddels inderdaad bij liefhebbers van het werk van Drs. P terecht zijn gekomen. Het is niet de bedoeling dat het boek nog een keer herdrukt wordt. En, Tureluurtje van me, dan is er nog het verhaal van een studente psychologie die onlangs ernstig bezwaar aantekende tegen de zinsnede ‘Er ligt alweer een juffrouw in het trapportaal’ in het lied ‘De commensaal’ van Drs. P – zij bleek die zin als een uitnodiging tot lustmoord te beschouwen!”

Romy Monteiro ken ik nog als Romeo, toen hij glazen ophaalde in de beroemdste lgbtqqip2saa+-bar van Portugal: de Finalmente

Vic stuurde mij kort na ons gesprek een zeer verontrustende telex van het Vlaamse bestuurslid van het Heen- en Weerschap. 

“De nieuwe preutsheid heerst. Het zou wel eens kunnen dat straks het hele oeuvre van Heinz onder de toonbank belandt. Want er zijn wel meer teksten van hem waarin hij een loopje neemt met de burgerlijke moraal en het christendom. Om de criticasters tegemoet te komen zouden we een gecensureerde versie kunnen uitbrengen van al zijn liedjes, of een aantal teksten herwerken. We noemen het ‘Brave Heinz’. Het zou nog goed verkopen, denk ik.”

Ooit maakte ik met mijn kompel Rob Muntz een radioprogramma over foute kinderboeken. Wij waren toen op bezoek aan de Openbare Bibliotheek van de grote stad Amsterdam en uit betrouwbare bron (mijn toenmalige verloofde was bibliothecaresse, met knotje en streng brilletje en panties) had ik vernomen dat in de oude OBA een kluis was met boeken die je alleen mocht inzien als je je legitimeerde. Natuurlijk Mein Kampf en het verzamelde werk van Joke Smit, maar onze aandacht ging uit naar de schitterende legendarische cultheld Hans Borrebach, die u hier zelf even checken moet. 

Mijn zus las de Olijke Tweeling en daarin werd heel veel gebadderd door de kindertjes, want Borrebach was nogal een kindervriend en ze zag ze het liefst in hun adamskostuum in de vrije natuur. Tijdens de Tweede Wereldoorlog maakte hij heimelijk het affiche voor de antisemitische film De Eeuwige Jood. Dat was natuurlijk niet zo netjes, maar daar had ik geen weet van toen ik twaalf was en de puddingbuks leeg kwatte op de Olijke Tweeling van mijn zusje. Maar goed, Borrebach lag volgens mijn bron in die kluis, waar geen toegang tot kregen vanwege het verleden van Rob Muntz. VERBOTEN! Door het schandaal rond Allerlei Ontucht heb ik na nauw overleg met mijn uitgever besloten om nu mijn eerste novelle, die ik schreef toen ik zestien was, eindelijk te gaan uitbrengen. De werktitel is Hoi, Kleine Knaap bij de Ballenbak van de IKEA, maar ik denk dat de titel wordt: Tuurtje: kind van vele pappa’s

Hier een voorproefje: 

Op mijn voetbalclub moest ik samen met de pupillentrainer douchen, als de andere jongens al weg waren. Hij zeepte me in en als ik een stijve piemel kreeg, trok hij er aan. Ik had nog geen zaad maar vond het wel lekker. Tijdens een voetbalkamp van de KNVB in Hoek van Holland liet een begeleider zich iedere avond zijn glimmende sportbroekje uittrekken door ons, in zijn tent. Dat was zogenaamd een spelletje maar hij had wel een enorme stijve lul als hij daar uiteindelijk naakt in die tent lag. Wij lachten erom, vonden het normaal. Ik zwalkte als kind veel over straat en altijd waren er wel gekke mannen. Mijn Tienertoerkaart gebruikte ik hoofdzakelijk om naaktstranden te bezoeken, met boterhammen en een plastic fles met water aangelengde Roosvicee van mama in de knapzak. Ergens in de zomer van 1973 zag ik in de Zandvoortse duinen een meneer naar mij wenken. Met zijn linkerhand, want met zijn rechter was hij druk aan het rukken. Op sandalen na was hij naakt. Ik liep op hem af. Hij wilde me pijpen, zei hij. Ik had daar geen bezwaar tegen. Eens liep ik door Rotterdam, ik was het huis van mijn opa en oma ontvlucht. Ik stond voor een bioscoop en keek in de vitrine. Daar hingen foto’s van naakte vrouwen. Ik mocht niet naar binnen omdat ik geen zestien was en bovendien had ik geen geld op zak. Er kwam een man naast mij staan. Hij heette Martin. Wil je met mij naar de film, vroeg hij vriendelijk. Ik kon wel juichen. Het was een vieze film van Pim & Wim: Pim de la Parra en Wim Verstappen. Met heel veel tieten en kutten. In de lege zaal raakte ik opgewonden en Martin begon me te pijpen. Ik kon inmiddels al klaarkomen en vond het lekker. Na afloop trakteerde Martin mij op patat en ijs, gaf hij mij een hand en vertrok. Rond mijn zestiende ging ik naar Saint-Tropez liften. Ik wilde filmster worden, had ik tegen mama gezegd. Mama zei dat ik me netjes moest aankleden als ik daar ging solliciteren. Ze had geen idee waar Saint-Tropez lag, ik kende het oord alleen maar van de film van Louis de Funès en ik wist dat Brigitte Bardot er woonde. Ik had een zwart colbert van papa aan, een wit t-shirt en een roze ribfluwelen broek. Ik was met mama wezen winkelen in het dorp, speciaal voor mijn reis naar Zuid-Frankrijk. De roze broek vond ze erg apart maar ze mopperde niet toen ze die moest afrekenen. De avond voor ik vertrok, waste ze mijn haar dat toen heel lang was. Net als het haar van mijn favoriete band destijds: The Osmond Brothers. Mama vond het maar herrie maar de jongens waren van christelijke huize en dus deugden ze. Het zou een van de laatste keren zijn dat ze dat mama mijn ‘Beatle-haar’ waste. Ik kwam ‘s avonds laat in Breda aan, met mijn bordje Saint-Tropez in de hand. Er stond een enorme rij vunzige lifters met rugzakken bij de oprit van de snelweg. Die liep ik voorbij. Ze begonnen te schreeuwen, dat ik helemaal achter in de rij  moest aansluiten. Na vijf minuten stopte er een Jaguar. Het was een meneer in een zalmkleurig pak. Op de stoel naast hem zat een poedeltje. Inmiddels wist ik wel wat een homofiel was. ‘s Avonds laat stopte de man bij een chique hotel in Frankrijk. Voor het eerst in mijn leven at ik slakken en kreeft en dronk ik dure wijn en cognac. Toen de meneer mij in de hotelkamer begon te pijpen, moest ik overgeven. Alles zat onder maar hij vond het niet erg. De volgende ochtend reden we door naar naar Aix-en-Provence. Er ging een nieuwe wereld voor me open, vol nieuwe geuren en kleuren. Weg was de inktzwarte Veluwe met zijn dood en verderf.  We bezochten een gezellige bar met allemaal hele aardige Noordafrikaanse knullen en ik dronk liters champagne. Mijn oom – ik moest hem tonton noemen – vroeg die nacht of ik hem wilde neuken. Waarom niet? Dacht ik. De volgende dag namen we afscheid en propte hij mij duizend franken in mijn hand. Ik was dolgelukkig, zelfs toen er een paar dagen later hele vieze pus uit mijn piemel kwam. Het jeukte als de hel en in mijn onderbroek zaten vieze geelgroene korsten. Het was onverdragelijk en via via kwam in een kliniek terecht waar geslachtsziekten gratis werden behandeld. Ik moest vier uur wachten tussen leernichten, hoeren en gastarbeiders. Toen ik aan de beurt was, moest ik op een soort wc-pot gaan zitten en kwam er een zuster met een eng apparaat aan: een rubberen blaasbalg met daaraan een dikke glazen buis. Die glazen buis stak ze in de opening van mijn eikel en ik gilde van de pijn. Toen kneep ze in de rubberen bal en spoot ze vloeistof in mijn lul. Een paar dagen later was de jeuk voorbij. 

Zo, en nu ga ik even naar mevrouw Woesthoff bellen, of zij en haar Tupperware-clubje op Instagram wat aandacht willen schenken aan mijn pedonovelle. 

Tevens wil ik – mits er veel fotografen en filmploegen zijn uiteraard – vooraan staan bij de verbranding van mijn pedonovelle Tuurtje: kind van vele pappa’sBom Fim de Semana!