Spring naar de content

De Tweede Kamer moet op dieet

Staatssecretaris Sharon Dijksma was afgelopen week even helemaal klaar met overbodige Kamervragen. PVV-Kamerlid Roy van Aalst stelde namelijk vragen over het besluit van de NS om ‘geachte dames en heren’ te vervangen door ‘geachte reizigers’.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Tim Jansen
Kamervragen
Staatssecretaris Dijksma was nutteloze Kamervragen even zat. Beeld:

Uiteraard werden de vragen gesteld in ronkend PVV-idioom. Of Dijksma zich voor kon stellen dat conducteurs het ‘belachelijk’ vonden dat ze verplicht werden om zich genderneutraal te uiten en wat de implementatie van dit ‘D66-gedram’ kost. En of ze de ‘D66-verantwoordelijken’ voor de maatregel wil ontslaan.

Hierop antwoordde de staatssecretaris voorspelbaar dat de verwelkoming van reizigers een zaak van de NS is. Ook stelde ze dat de genderneutrale vorm alleen in de omroepberichten gebruikt wordt, dat het personeel vrijheid geniet om eigen keuzes te maken en dat er niemand ontslagen wordt. Het meest vileine antwoord volgde echter op de vraag wat dit nou allemaal moet kosten. Dijksma antwoordde dat ze die cijfers niet voorhanden had, maar desgewenst wel kon aangeven welke kosten en arbeid zijn gemoeid met het beantwoorden van Kamervragen.

Hoeveel kost een Kamervraag?

Het meest recente antwoord daarop komt uit 2011 en luidt dat één Kamervraag gemiddeld 3.750 euro kost. Nu zullen simpele vragen minder inzet en euro’s kosten dan technische vragen over de uitwisseling van belastinggegevens in het kader van het BEPS-project. Geen weldenkende burger is tegen het verspillen van belastinggeld aan Kamervragen waar iedereen het antwoord al op weet. Dat uitgerekend de PVV ambtenaren aan het werk houdt met overtolligheden is opmerkelijk, aangezien de partij in zijn ‘onafhankelijkheidsverklaring’ heeft staan dat het aantal ambtenaren met 50 procent teruggedrongen moet worden.

Populistisch verzetje

Toch was de PVV met 152 Kamervragen in 2016 geen grootverbruiker. De SP en de PvdA van Dijksma stelden vorig jaar per partij namelijk tegen de 700 vragen. Ook bij de moties ging de SP met iets meer dan 500 stuks fier aan kop. Uiteraard zegt de kwantiteit niets over de kwaliteit van de vragen, maar zeker de SP is niet vies van een populistisch verzetje in vorm van een Kamervraag of motie.

Zo bracht Lilian Marijnissen gedurende deze formatieperiode een motie in om het eigen risico met 100 euro te verlagen. ChristenUnie en CDA, volop in formatie-onderhandeling (deze week al een half jaar onderweg!), stemden tegen. En daarmee gingen de christelijke partijen in tegen hun verkiezingsprogramma. Niet verrassend, formerende partijen blijven immers weg van onderwerpen die gevoelig liggen tussen de onderhandelspartners.

Het gaf de SP echter de gelegenheid om zich te presenteren als ‘eerlijke partij’ die wel de zorgpremie wil verlagen. Moties en Kamervragen worden op zulke momenten (en niet alleen door de PVV en SP) louter als PR-instrument ingezet. Als toonbeeld van verontwaardiging, oprechtheid of gedeelde burgerwoede. En hoewel het soms vermakelijk kan zijn voor de nauwgezette volgers van de politiek schiet de burger hier gemiddeld niets mee op. De kosten voor het beantwoorden van Kamervragen met zo’n 11 miljoen euro per jaar bescheiden. Maar dit kan best een onsje minder.

Tijd voor een Kamervragen- en motiedieet. Want democratie mag best wat kosten, maar aan politiek theater hoeft de burger niet mee te betalen.