Spring naar de content

Eindelijk nuchter

Alcoholisme is geen aandoening die veel mededogen opwekt bij andere mensen. De gevestigde opvatting luidt dat het je eigen schuld is. Elk glas wordt immers door de drinker zelf naar binnen gegoten. Verslaving? Onzin, volgens Theodore Dalrymple, die schreef dat mensen moeiteloos zouden afkicken als ze moesten kiezen tussen doorgaan met drugs of een kogel door hun kop. Niet dat deze opvatting erg verhelderend werkt, want onder dreiging van executie zijn mensen ook in staat hun eigen grootmoeder op te offeren.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Beatrijs Ritsema

Een heel andere blik op alcoholisme biedt Olivier Ameisen in zijn boek Het einde van mijn verslaving. Ameisen (1953) is een Franse cardioloog die jarenlang in New York werkte. Het drinken begon sluipend als middel om de onverklaarbare angsten en paniekaanvallen te dempen waar hij al zijn hele leven last van had. Eenmaal begonnen ging het van kwaad tot erger. Ameisen kreeg last van black-outs en moest zichzelf na elke binge ontgiften met valium. Hij bezweert de lezer dat hij nooit onder invloed een patiënt behandelde of achter het stuur plaatsnam, maar op den duur miste hij te veel dagen in zijn praktijk om het als zelfstandig gevestigd cardioloog te kunnen bolwerken. Hij moest de tent sluiten.

Voor het zover kwam, was hij vele malen door zijn vriendin of door vrienden naar de spoedeisende hulp gebracht en had hij er tal van verblijven op de detox-afdeling van ziekenhuizen op zitten. Hij stond onder behandeling van diverse artsen, had in vier verschillende ontwenningsklinieken gezeten, bezocht honderden AA-bijeenkomsten en deed aan cognitieve gedragstherapie. Niets hielp. Zijn hele wakende leven ging heen met alcoholist zijn en eraf proberen te komen.

In normale levensgeschiedenissen van alcoholisten komt er dan het hitting rock bottom-moment, waarna het verhaal, meestal met een vleugje spiritualiteit, een wending ten goede neemt. Zo niet bij Ameisen, die bij toeval op een artikel over de bijzondere werking van het middel baclofen stuitte. Baclofen is een spierverslapper die gebruikt wordt tegen spasmen, en onbekend is in de verslavingsmedicatie. De desperate Ameisen, die meende dat alcoholisme een echte ziekte is en geen kwestie van te weinig wilskracht, besloot zichzelf als proefpersoon te nemen voor een alcoholontwenningskuur met behulp van steeds grotere doses baclofen, waarvoor hij als arts zelf het recept uitschreef. Tot zijn immense vreugde sloeg het aan: hij verloor zowel zijn hunkering naar alcohol als de angsten die hem kwelden en die hij altijd als dieper liggende reden voor zijn drankzucht zag. Dit alles zonder noemenswaardige bijwerkingen. Met de helft van de maximale dosis baclofen kan hij sindsdien (2004) toe om zijn verslaving op afstand te houden, en hij kan zelfs af en toe een glaasje drinken zonder hunkering naar meer!


Waarom wordt dit fantastische middel niet op grote schaal in de verslavingszorg toegepast? In zijn boek rapporteert Ameisen wel individuele gevallen van ‘genezen’ alcoholici, maar dubbelblinde experimenten met controlegroepen zijn tot nu toe uitgebleven. Dit soort onderzoek is zo duur dat het niet zonder geld van de farmaceutische industrie kan, en die heeft geen belangstelling, want op baclofen rust geen patent, dus er kan geen geld mee worden verdiend. Dit klinkt plausibel, hoewel ik me toch afvraag waarom er geen promovendi zijn opgestaan die zonder farmaceutische sponsoring, gewoon met universiteitsgelden, hier eens een fatsoenlijk experiment tegenaan hebben gegooid. Zo gemuilkorfd kan de wetenschap toch ook weer niet zijn.

Olivier Ameisen. Het einde van mijn verslaving. Vertaling Kees de Vries. Nieuwezijds. €9,95. Ook verkrijgbaar via www.ako.nl.