Spring naar de content

De bloeddorst van de transbeweging is schrikbarend

De bloeddorst van de transbeweging is schrikbarend. Eén kritisch woord over het verschil tussen vrouwen en transvrouwen en je moet dood, schrijft Jan Kuitenbrouwer.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Jan Kuitenbrouwer

In een sauna in Los Angeles, het vrouwengedeelte, komt een vrouw binnen, gekleed in een badjas. Er zitten op dat moment diverse vrouwen in de ruimte, naakt. De vrouw trekt haar badjas uit en blijkt een penis te hebben. Het is een man, die een vrouw wil zijn. De echte vrouwen zijn onaangenaam verrast en klagen bij de directie, die zich beroept zich op nieuw beleid: bezoekers zijn van het geslacht dat zij beweren te zijn. Het incident haalde de media en er kwam een demonstratie bij de sauna, van vrouwen die willen dat in vrouwensauna’s alleen ‘echte’ vrouwen worden toegelaten. Het liep uit de hand. Op de beelden zie je zwartgemaskerde figuren die demonstranten in een hoek drijven, schoppen, slaan en met pepperspray bewerken. Let wel: dat zijn de tegendemonstranten, activisten die opkomen voor de rechten van transgenders.

In de Tweede Kamer wordt binnenkort een wijziging van de Transgenderwet behandeld waardoor je voortaan zelf kunt bepalen met welk geslacht je voor de wet geregistreerd staat, de zogeheten ‘genderzelfidentificatie’. Ooit kon je alleen van geslacht veranderen na een ingrijpende, niet omkeerbare transformatie – chirurgie, verplichte sterilisatie, etcetera. Later werden de eisen teruggeschroefd tot een artsenverklaring, en nu wil minister voor Rechtsbescherming Sander Dekker dat laatste obstakel ook wegnemen. Dan kan iedereen zijn geslacht voortaan zelf bepalen, al blijven er vooralsnog maar twee smaken: man of vrouw. De genderbeweging zou willen dat je ook een van de 421 verschillende gendervarianten die intussen zijn waargenomen (‘maverique’, ‘fa’afafine’, ‘demiboy’, ‘hijira’, etc., etc.) in je paspoort kunt zetten, of anders op z’n minst een ‘X’-je, maar die wens gaat met deze wijziging nog niet in vervulling.

Abboneer op een lidmaadschap

Flinke korting op een digitaal jaarabonnement

Sluit nu voordelig een abonnement af en maak kennis met de journalistieke kracht van HP/De Tijd. (Op elk moment opzegbaar.)

Kies een abonnement

Waar genderzelfidentificatie in de sport wordt ingevoerd, ruimen biovrouwelijke kampioenen het veld voor transvrouwen. Het criterium voor deelname wordt het testosterongehalte van je bloed, terwijl het kritieke verschil in sportprestaties wordt veroorzaakt doordat mannen fysiek aanzienlijk sterker zijn dan vrouwen – grotere spieren, dichtere botten, meer longcapaciteit, enzovoorts.

Vrouwengevangenissen laten mannen toe op grond van hun claim dat zij ‘vrouw’ zijn, ook al zijn zij verder nog gewoon man en, bijvoorbeeld, veroordeeld voor een zedendelict

Het feminisme heeft gevochten voor het recht op voorzieningen voor uitsluitend vrouwen, blijf-van-mijn-lijf-huizen, vrouwencafé’s, vrouwenclubs en dergelijke. Door zelfregistratie zal de vrouw als biologisch-politieke klasse verdwijnen, vrezen veel feministen. Vrouwengevangenissen laten mannen toe op grond van hun claim dat zij ‘vrouw’ zijn, ook al zijn zij verder nog gewoon man en, bijvoorbeeld, veroordeeld voor een zedendelict.

De laatste jaren wordt steeds meer bekend over de medische verschillen tussen man en vrouw, ook iets waar de vrouwenbeweging hard aan gewerkt heeft. Kennis van die verschillen, bijvoorbeeld bij een hartaanval, kan levens redden. Als de ‘vrouw’ ophoudt te bestaan als biologische categorie, verdwijnt die kennis in het niets.

Genderdysforie, onvrede met het geslacht op je geboorteakte, is de afgelopen jaren explosief toegenomen, vooral onder meisjes die jongen willen zijn. Genderzelfidentificatie neemt belangrijke drempels weg om dat gevoel in actie om te zetten, je kunt direct met je ‘transitie’ beginnen, met puberteitsremmers en zelfs chirurgie. Ook als het, naar later blijkt, een gril was.

De overtuiging dat je ‘gevangen zit’ in het verkeerde geslacht, het lijkt me een kwelling, en mensen die daaraan lijden hebben recht op empathie, begrip en goede zorg. Die zorg omvat niet alleen de erkenning van dat lijden en hulp bij de remedie, maar ook het stellen van de juiste diagnose en het voorkomen van de verkeerde behandeling, zeker als die onomkeerbaar is. De bestaande, omzichtige procedure om vast te stellen of die gevoelens ‘diepgevoeld en duurzaam’ zijn, is vrij effectief in het scheiden van echte en ingebeelde dysforie. Van de jongeren die zich nu bij een transkliniek melden zet uiteindelijk maar ongeveer 20% de transitie door.

Er zitten dus nogal wat haken en ogen aan deze wetswijziging, en je zou een levendig debat verwachten over de voors en tegens, maar dat is opvallend afwezig. Dat zou kunnen komen doordat politici denken dat genderzelfidentificatie net zoiets is als rechten voor homo’s en lesbiennes. De afkorting LHBTIQ+ suggereert dit ook, maar die eerste drie letters staan voor een seksuele geaardheid, terwijl de rest over iets heel anders gaat, namelijk sekse. Dat biologische begrip beschouwt de transbeweging als achterhaald, zij geloven in ‘genderidentiteit’, een overtuiging, in je hoofd, dat je X,Y of Z bent. Door zelfidentificatie wordt dat idee tot norm verheven, terwijl de samenleving is ingericht op het bestaan van twee geslachten (plus uitzonderingen) en de meeste mensen dat ook een volkomen logisch en juist beginsel vinden.

Het zijn nu vooral vrouwen die bezwaar tegen deze wet maken, maar als de huidige genderdysforie-hausse doorzet zijn er straks een heleboel ‘transmannen’ (lees: ex-meisjes) die toegang eisen tot, ik noem maar iets, rugbyteams. Dat kan interessant worden.

De bloeddorst is schrikbarend. Als dit ‘vrouwen’ zijn, is het wel een heel bijzondere nieuwe soort, met een opmerkelijke voorliefde voor boksbeugels, stiletto’s, honkbalknuppels en mitrailleurs

Maar dat er zo weinig debat is over deze kwestie, zou ook wel eens het effect kunnen zijn van het nogal agressieve optreden van de transbeweging. Ik gaf hierboven al een voorbeeld, maar kijk voor de aardigheid ook eens op de website Terf Is A Slur, een bloemlezing van wat je kunt verwachten als je online onderscheid maakt tussen vrouwen en transvrouwen. Dan ben je een ‘terf’ (trans exclusionary radical feminist) en ‘transfoob’, en transfobe terfs, nou ja, die moeten gewoon dood. De bloeddorst is schrikbarend. Als dit ‘vrouwen’ zijn, is het wel een heel bijzondere nieuwe soort, met een opmerkelijke voorliefde voor boksbeugels, stiletto’s, honkbalknuppels en mitrailleurs. Schrijfsters die vasthouden aan het onderscheid tussen vrouwen en transvrouwen, zoals J.K. Rowling en Chimamanda Ngozi Adichie, worden bestookt met haattaal en doodsbedreigingen. Als je het omgekeerde beweert, een transman is geen man, hoef je niet bang te zijn voor dit soort repercussies. Sommige transmannen (dus ex-vrouwen) zijn het daar niet mee eens, maar die zeggen dat dan gewoon.

De geweldsdreiging werkt: de angst voor dit soort strafexpedities zit er zo diep in, dat de sceptici er maar liever het zwijgen toe doen. Steeds meer zorginstellingen verruilen het woord ‘vrouw’ voor ‘mensen die menstrueren’ of ‘personen met een baarmoeder’.

Een van de zeldzame keren dat een Nederlandse kwaliteitskrant een ‘genderkritisch’ opiniestuk afdrukte (Trouw, januari 2020) werd de redactie bedolven onder woedende brieven, gevolgd door maar liefst twee redactionele verantwoordingen en een groot tegenstuk als zoenoffer. NRC publiceerde een opiniestuk van de mediasocioloog Peter Vasterman, over de geringe aandacht voor dit onderwerp bij de Nederlandse media. Ook NRC kreeg ervan langs. Vooral vanwege het besluit om zo’n transfoob stuk überhaupt te plaatsen en daarmee de levens van transmannen en -vrouwen ‘in gevaar te brengen’. Ja, ook retorisch mag de transbeweging graag direct naar het zwaarste wapen grijpen. Zeg ‘maar…?’ tegen een transactivist, en je bent verantwoordelijk voor zelfmoord. Zelfs de term ‘genocide’ wordt van stal gehaald!

Het lijkt een soort massapsychose, waarbij mensen ineens geloven dat je iets heel anders kunt zijn dan je bent, simpelweg door het te zeggen. ‘Laat u niet van de wijs brengen door deze baard, deze snor, deze zware stem, deze grote voeten en niet te vergeten deze penis, want ik ben wel degelijk een vrouw.’ Ik moest denken aan de sketches van Emily Howard in Little Britain. ‘I’m a lady, I’m a lady!’ roept zij met opgetilde jurk, pissend in een urinoir.

En wéér moeten vrouwen de strijd aan met agressief mannengedrag. Niet van mannen die hun voorrechten als man verdedigen, deze keer, maar hun rechten als vrouw!