Spring naar de content
bron: ANP

De voetbalvrouwen nemen een voorbeeld aan de verkeerde mannen

Ik heb me altijd afgevraagd hoe het zou zijn om voetballers uit de jaren vijftig en zestig te laten voetballen zoals de topclubs van nu doen. Na het zien van een paar wedstrijden op het WK voor vrouwen heb ik het antwoord op die vraag. De dames rennen zich kapot met de ambitie om in de buurt te komen van het spel van de mannen van nu. Negentig minuten lang stranden alle pogingen daartoe, hun voetbal wordt er niet fraaier op en hebben ze ook nog de pech dat er niet één trainer is die zegt: “Lieve meiden, we gaan het voetbal spelen zoals de mannen het in de jaren vijftig deden.”  

Gepubliceerd op: door Erdal Balci

Om maar met het meest dramatische aspect van het vrouwenvoetbal te beginnen: balverlies en hoe de dames er mee omgaan. Het is geen geheim dat zelfs in wedstrijden tussen de beste vrouwelijke spelers van de wereld het aantal keren dat onnodig balverlies wordt geleden haast niet bij te houden is. Aangezien voetbal complexer is dan alle andere sporten zou iedereen bereid moeten zijn om die foutjes met de mantel der liefde toe te dekken. Wat mij wel in treurnis dompelt, is hoe die lieve meiden na ieder balverlies met het hele team de longen uit het lijf sprinten naar de eigen helft. Het lijkt alsof ze de bal kwijt zijn geraakt aan Eden Hazard, die op het doel afkomt met Lionel Messi en Mohammed Salah aan zijn zijde.

De topvoetballers van nu hebben geen genade met ploegen die dat soort fouten maken en het is logisch dat bij mannen wel door iedereen wordt meeverdedigd. De vrouwen echter, die heb ik nog nooit zo harteloos zien toeslaan. De doelpunten vallen meestal in rommelige situaties voor het doel waarbij een verdwaalde bal toevallig voor de voeten van de juiste speelster valt. Uit stilstaande situaties wordt ook vaak  gescoord, vanwege het lengtevoordeel van noordelijkere landen. En schoten, die dwarrelen er soms in omdat het doel te groot is voor de meeste keepsters.

Abboneer op een lidmaadschap

Flinke korting op een digitaal jaarabonnement

Sluit nu voordelig een abonnement af en maak kennis met de journalistieke kracht van HP/De Tijd. (Op elk moment opzegbaar.)

Word abonnee

De voetballers uit de jaren vijftig en zestig hadden dezelfde technische en conditionele beperkingen als de dames van nu. Het verschil met het voetbal dat zij speelden is dat die mannen het niet in hun hoofd haalden om zich kapot te rennen met het idee dat het spel heel snel gespeeld moet worden. Ze gingen zorgvuldig om met hun krachten, geen haar op hun hoofd die er aan dacht om de bal razendsnel te laten rollen op het middenveld. Ze wachtten rustig af tot ze in de buurt van het doel van de tegenstander waren en excelleerden dan pas.

Ik snap niet waarom de vrouwenteams met drie hardwerkende ‘stofzuigers’ op het middenveld moeten spelen

Er is niets mis met dit ‘langzame’ voetbal. Het is door de beroemde Braziliaanse coach Carlos Alberto Parreira tot in de jaren negentig zonder een greintje schaamte op het hoogste niveau toegepast. Sterker nog, met zijn ‘slome voetbal’, dat langzaam stroomde naar de extreme snelheid van Romario en Bebeto in de voorhoede, werd hij in 1994 wereldkampioen. Jaren later was ik er als journalist bij toen hij verklaarde dat hij het afwachtende voetbal ook bij zijn nieuwe club Fenerbahce wilde laten uitvoeren. Hij deed wat hij beloofd had en hief een jaar later de kampioenschapstrofee ten hemel.

Ik snap dus niet waarom de vrouwenteams met drie hardwerkende ‘stofzuigers’ op het middenveld moeten spelen, waarom ze een op de flanken doorgebroken tegenstander in grote paniek onderuit moeten halen als is het Mbappé zelve die doorgebroken is, waarom ze in het zestienmetergebied tegenstanders tegen de grond moeten werken terwijl we met zijn allen weten dat doelpogingen in de meeste gevallen mislukken.

Dit imitatiegedrag slokt de energie op bij de dames waardoor ze nog meer fouten maken. Hierdoor blijven we verstoken van de mooie, individuele acties die de mannen uit de jaren vijftig en zestig wel konden laten zien omdat ze de rust wel werd gegund. Die mannen hoefden niet negentig minuten lang als op hol geslagen paarden te rennen. Ze spaarden hun krachten en sloegen op bepaalde momenten in alle schoonheid toe. Daarom zeg ik tegen alle coaches van het vrouwenvoetbal; gun die meiden toch wat rust, stel op het middenveld geen kilometervreters op, maar technische speelsters die de capaciteit hebben om de bal bij de spitsen te kunnen brengen. Laat tenminste de spitsen niet als gekken meeverdedigen en gun iedereen wat kijkplezier.