Spring naar de content

De Zware Jongens

Voormalig hasjhandelaar Steve Brown is naar verluidt al enige jaren eerzaam directeur van een Amsterdams reclamebureautje en publiceert tegenwoordig regelmatig als auteur en journalist. Voor de presentatie van zijn nieuwe boek, Criminele schlemielen – Mislukte carrières in de Amsterdamse onderwereld, had zijn uitgever Elmar een feestje te zijner ere opgericht in het Party-Crew-Cafe op het Rembrandtplein. Advocaat Peter Plasman was aangezocht om het eerste exemplaar in ontvangst te nemen, maar die bleek op het allerlaatste moment verhinderd. Zijn vervanger was Wicher Wedzinga, een voormalige rechter die wegens een akkefietje in de huiselijke sfeer uit het ambt is gezet. Wicher verwierf zijn bijnaam de Rammende Rechter nadat hij tweemaal zijn toenmalige Oekraïense vriendin in elkaar had geslagen. Volgens de rechter was het allemaal een pijnlijk misverstand. Sindsdien bestrijdt ‘de Rammende’, zoals hij in het Party-Crew-Cafe liefdevol werd aangeduid, de talloze dwalingen van het OM, waarvan hijzelf uiteraard het schrijnendste exempel is – dat u het weet.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Redactie

Echt gezellig werd het toen Dries Roelvink de party kwam opluisteren. De vrolijke blondine naast de zanger is Marjolein, die tot de cercle behoort van de Zwarte Cobra, de in Amerika tot twintig jaar cel veroordeelde xtc-handelaar Henk Orlando R. – al kan de Rammende Rechter uiteraard ook hier een juridische blunder niet helemaal uitsluiten.

De in roomkleurige krijtstreep gehulde Gunter wilde ons aanvankelijk doen geloven dat hij de nieuwe manager was van Dries. De zanger zelf hield het kortaf op ‘een vriend’. In de praktijk blijkt Gunter vooral de privéchauffeur van Dries te zijn, vanwege de gunstige omstandigheid dat hij de enige is zonder rijontzegging in de kringen van Roelvink. Dries zelf heeft zijn roze papiertje de facto overigens nog, maar moet volgens welingelichte kringen ‘wel uitkijken’.

In de categorie gangsterliefjes wijzen we u op Syl en Frieda, die vriendelijk maar beslist weigerden te vertellen in welke relatie zij stonden met schrijver Steve Brown. “Hou het er maar op dat we iedereen in deze bar al heel lang kennen,” zuchtte Syl, en met een handgebaar wees ze op het inmiddels fors gegroeide homogene gezelschap van prettig gebruinde zonnige types.

Bezoeker Arthur Brand stelde zich eveneens voor als schrijver, en wel van het standaardwerk Het verboden Judas-evangelie en de schat van Carchemish. Arthur, hier naast vaste bezoeker Don

Puta, ambieert de functie van Personal Assistant op het gebied van kunstaankopen. Bijna alles wat te koop wordt aangeboden is vals, zo waarschuwde hij ons. Maar wie Brand inschakelt, betaalt voor zijn onvermijdelijke vervalsing althans nog een vriendenprijs.