Spring naar de content

Alweer een film over Hitler, en ‘The Danish Girl’ is maar braafjes

Deze week verschijnt in de bioscopen Elser, over de eerste en bijna succesvolle aanslag op Adolf Hitler, een wel erg brave film over een transgender in de jaren twintig en een retrospectief van filmmaker Kees Hin.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën:
Geschreven door: Nico van den Berg

Elser (****)
Er ist wieder da, de film over de wederopstanding van Hitler, draait nog in de bioscopen, maar er is alweer een nieuwe Duitse productie over de dictator gemaakt: Elser, over één van de eerste mislukte aanslagen op der Führer. Het is niet eens de meeste bekende aanslag, dat is die van Von Stauffenberg uit 1944, in 2008 verfilmd als Valkyrie met Tom Cruise in de hoofdrol. Maar de aanslag die Georg Elser op 8 november 1939 in de Bürgerbräukeller in München wilde plegen, kwam wel het dichtst bij het ombrengen van Hitler. Hitler sprak er die avond, maar moest vanwege het slechte weer eerder weg. 13 minuten na zijn vertrek ontplofte de bom waar acht mensen bij omkwamen. Als Hitler op de verwachte tijd was weggegaan, had hij zeker bij de doden gehoord.

Regisseur Oliver Hirschbiegel heeft vaker met dit bijltje gehakt. In 2004 brak hij wereldwijd door met Der Untergang over de laatste tien dagen van Hitler. De woede-uitbarsting van de Führer, de bekendste scène uit de film, is talloze malen geparodieerd.

In Elser zien we van Hitler niet meer dan een nauwelijks verstaanbare schim op een podium. Ook van de ontploffing maakt Hirschbiegel geen spektakel; de explosie vindt nog net niet buiten beeld plaats. Wat de regisseur wel doet, is op sobere wijze de opkomst van het nazi-regime schetsen. Niet met parades en toespraken in megastadions, maar door de langzame vergiftiging van een dorpsgemeenschap te laten zien, waar joden, socialisten en andere ‘outcasts’ steeds harder uit de gemeenschap worden gedrukt. Maar Hirschbiegel stelt de psychologie boven het tonen van geweld, ook bij de rauwe ondervragingen van Georg Elser als hij vlak na zijn daad is opgepakt. Christian Friedel speelt op ijzersterke wijze de rol van Elser en weet via effectieve flashbacks zijn personage diepte te geven, met een beklemmende film als resultaat. Gelukkig heeft Hirschbiegel zich na het dramatisch slechte Diana (2013) helemaal gerevancheerd.

The Danish Girl (**)
Acteur Eddie Redmayne lijkt alleen nog maar zielige rollen te spelen. Die leveren hem wel wat op, want voor zijn weinig diepgravende vertolking van de bijna geheel verlamde Stephen Hawking in The Theory of Everything kreeg hij een Oscar, een BAFTA én een Golden Globe. Voor zijn eendimensionale rol in Jupiter Ascending kreeg Redmayne deze week een Razzie-nominatie, de prijs voor slechtste mannelijke bijrol. En ook voor The Danish Girl stapelen de nominaties zich al op.

The Danish Girl vertelt het verhaal van Einar, een kunstenaar die eind jaren ’20 in Kopenhagen een bekend en gelauwerd landschapschilder is. Zijn vriendin Gerda, ook kunstenaar, schildert hem als grap een keer met een jurk aan. Dat onschuldige verkleedpartijtje brengt de hormoonhuishouding van Einar dusdanig in de war, dat hij steeds vaker in vrouwenkleren rond wil lopen. Hij noemt zich voortaan Lili Elbe, maar dit alter-ego gaat zijn leven zo beheersen dat hij zich via een operatie als één van de eerste mannen ter wereld wil laten ombouwen tot vrouw. Een potentieel gevoelige en interessante film over transgenders en nieuwe vormen van seksualiteit in een tijd vol taboes.

Maar Tom Hooper (bekend van The King’s Speech) regisseert extreem braaf. The Danish Girl blijft bij mooifilmerij, zowel de prachtig ingerichte ruimtes als het knap opgemaakte hoofd van Redmayne. Maar nergens word je echt duidelijk gemaakt waar Einar precies doorheen gaat; die worsteling speelt zich louter af in zijn hoofd. Dit type rollen valt erg goed in Hollywood. Met andere woorden: Redmayne kan weer ruimte maken in zijn prijzenkast in aanloop naar de Oscars.

 

Kees Hin-retrospectief in EYE (****)
Het weekend van 15 tot en met 17 januari staat EYE in het teken van de 79-jarige Amsterdamse filmer en kunstenaar Kees Hin. De naam zal de meeste mensen weinig zeggen, maar hij was één van de grote naoorlogse Nederlandse filmmakers, altijd op zoek naar nieuwe vormen en genres. Zijn complete werk is sinds kort in handen van EYE, dat ze nu vertoont met een flink aantal inleidingen en interviews. Hieronder ook journalistiek werk, zoals een klein portret van oud-Haagse Post-redacteur Betty van Garrel uit 1974.

Meer info vindt u hier.