Spring naar de content

Er geldt maar één regel in het digitale riool

Het was weer lekker digitaal strontslingeren deze week met de schuimbekkende PvdA-voorzitter Willem den Hartog die inmiddels weer haringen zit te kaken. Voor hem pleit dat hij in ieder geval onder zijn eigen naam tegen Wilders fulmineerde maar het zegt veel over de intelligentie van deze ‘moderne’ politicus.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Arthur van Amerongen

Ook Lodewijk Asscher begaf zich in het digitale riool, met een vlammend en soms geestig schotschrift, al is het nog maar de vraag of je reaguurders met reaguren kunt bestrijden. In principe is het een verloren strijd waar je je digitale klauwen beter niet aan vuil kunt maken.

Het probleem van de sociale netwerken is dat er geen drempel is. In een kroeg zie en ruik ik meteen of iemand borderliner, Touretter, schizofreen of gewoon een psychopatische hystericus is. Na een indrukwekkende drugscarrière op straat ken ik mijn pappenheimers wel. Iedere mafklapper kan echter de open inrichting van Twitter en Facebook binnenvallen en de boel op stelten zetten. Inmiddels haal ik de psychotische querulanten er snel uit maar dat was in het begin – een jaar of tien geleden – wel anders.

Op een gegeven moment begon ik het patroon te herkennen. De hardcore reaguurder (ik heb het nu specifiek over de krankzinnige cybernauten die ik aantrek, zoals verse stront vliegen) heeft een Wajong-uitkering, woont vaak nog bij zijn moeder thuis, draait saffies met een machientje (blikken tabak van de Aldi), heeft vaak een PvdA-achtergrond maar is eigenlijk op alles en iedereen boos, en met name op de PvdA, de mohammedanen en toch ook de joden.

Eigenlijk tolereer ik alles op mijn wandje maar als een randdebiel weer een tirade begint over de amper twintig miljoen joden die de wereld in hun macht hebben, en dan vervolgens nog aan komt kakken met de Auschwitz-Lüge en tientallen bewijzen dat de joden achter 9/11 zaten omdat ze die dag toevallig allemaal een dagje vrij hadden genomen van het WTC, dan ben ik er wel een beetje klaar mee.

De klassieke zuigers blokkeer ik dan weer niet. Die opereren vaak onder de gekste pseudoniemen, posten zelf nooit iets maar reageren enkel op mijn postings. Laatst heb ik een meneer toch de digitale deur uit moeten bonjouren omdat die elke dag onder iedere posting schreef dat ik een humorloze, rancuneuze fascist ben die aan het verzuren is in de Algarve. Ik moest daar vreselijk om lachen maar het treurige was dat er maar liefst drie knoeperds van taalfouten zaten in zijn reactie. Mijn wekelijkse Volkskrant-columns becommentarieerde het heerschap steevast met: ‘Waardeloos geschreven, geen enkel gevoel voor taal en een schande voor de Volkskrant. Neem toch eens een voorbeeld aan columniste Roos Schlikker van het Parool, dat is tenminste een literaire reus.’

Het is allemaal de kift en kinnesinne, zei mijn wijze moedertje altoos en ze had verdorie nog aan toe gelijk want ik wou dat ik Roos was.

Overigens heb ik ook veel vrouwelijke querulanten maar daar valt goed mee te leven. Eentje – ver in de zeventig – schreef iedere ochtend zodra ik mijn laptop aandeed en mijn zachtgekookte eitje tikte: ‘Zo, lekker geil schrijvertje van me, zal ik je effe helemaal tot op het merg leegslobberen?’ Van een tiental dames kreeg ik vrijwel dagelijks ongevraagd erotisch chats die ik van lieverlee maar ben gaan bundelen. Die heb ik vervolgens naar een goeie vriendin gestuurd die schrijfster is. Zij is zich gaan verdiepen in de klassieke stalksters en heeft al die chats tot een eenheid gevormd. Uiteindelijk is daar de serie Trol van de Volkskrant uit voort gekomen, met Laura als de trol en ik als ik.

Enfin, heel Nederland geloofde het en ik had nooit meer last van nyfomanen die mij digitaal leeg wilden slobberen nog voor ik mijn eitje had opgeslurpt. Een van de dames herkende flarden tekst van zichzelf en is toen honderden postings en foto’s van mij aan gaan geven bij Facebook (met vooral klachten over kiekjes van Amalia, de Jostiband en Gordon in een string op Mykonos). Inmiddels heb ik haar IP-nummer maar ik heb geen tijd om even met een honkbalknuppel naar het Rosa Spierhuis in Laren te reizen dus ik stuur de motorclub wel weer op haar af.

Eigenlijk is er maar één stelregel wat het poepslingeren in het digitale riool betreft: if you can’t stand the heat, get out of the kitchen.

Bom fim de semana!