Spring naar de content
bron: ANP/Robin Utrecht

Waarom de properheidsfetisjisten van de Consumentbond doorslaan

Veel vakantiehuisjes zijn smerig, bijna te vies voor woorden, concludeert de Consumentenbond. O ja? Kanttekeningen van een ‘vakantiehuisjesmelker’.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Jan Smit

Dertig huisjes in evenzoveel parken van onder meer Center Parcs, Landal, Hogenboom en Roompot inspecteerde de bond. Daarvan was de helft volgens de belangenorganisatie ronduit ranzig.

Vooral de E.coli- oftewel poepbacterie scoorde publicitair goed.

Publiciteit gegarandeerd. Zeker tijdens de voorjaarsvakantie, waarin de helft van Nederland op zo’n park bivakkeert – de andere helft staat op de lange latten. Van het Nederlands Dagblad  tot het Jeugdjournaal: de media spongen erbovenop.

Druipsporen

Wat de mystery guests zoal aantroffen? Stof, zand, haren, pissebedden, druipsporen (?), hand- en mondafdrukken (!), wc’s die niet waren doorgetrokken, sporen van urine, bloed en andere lichaamsvloeistoffen en E.coli-bacteriën. Vooral die laatste, aangetroffen op de douchevloer, maar ook op het aanrecht en de eettafel, scoorden publicitair goed. E.coli oftewel de poepbacterie: dat klinkt niet alleen eng – ebola!? – maar vooral ook erg vies.

Toegegeven: deze lijst werkt niet echt (voorjaars)vakantievreugde verhogend.

Geen wonder dat Roompot, eigenaar van onder meer het Zeeuwse Roompot Aquadelta — volgens het onderzoek een van de twee parken met de op het oog vieste huisjes — het schuim op de lippen kreeg toen de bond het bedrijf vroeg om een reactie. Roompot spande zelfs een kort geding aan om publicatie te voorkomen, maar verloor.

Niet representatief

Roompot plaatste onder meer vraagtekens bij het geringe aantal geïnspecteerde huisjes: slechts 5 in vijf Roompotparken met in totaal 13 duizend huisjes. Terecht. 1 op 260 huisjes: dat is niet bepaald representatief.

Zo valt er wel meer aan te merken op het ‘onderzoek’. De undercovergasten gebruikten uv-lampen en namen in elk huisje microbiologische monsters van de douchevloer, wc-bril, deurklink, wastafelkraan, eettafel en het aanrecht. Op die manier ontdekten ze bijvoorbeeld de lichaamsvloeistoffen, druipsporen en de E.coli-bacteriën.

Wie zo grondig zoekt, zal vinden. Niet alleen in vakantiehuisjes.

Nog even los van het feit dat de meeste huurders de uv-lamp en microscoop tijdens de vakantie doorgaans thuis laten: wie zo grondig zoekt, zal vinden. Niet alleen in vakantiehuisjes.

Een gemiddeld huishouden staat bol van de bacteriën, weet iedere microbioloog. En dan vooral de keuken. Maar liefst 90 procent van alle vaatdoekjes, bijna de helft van alle spoelbakken en één op de zes koelkastdeuren bevat miljoenen ziekte veroorzakende bacteriën zoals E-coli, leert recent onderzoek .

Dit ‘onderzoek’ riekt naar smetvrees, ofwel mysofobie.

Gevaar volksgezondheid

Vraag is of zo’n bacterie kwaad kan. Vormt de Escherichia-coli, genoemd naar de Duitser Theodor Escherich, ontdekker van dit bacteriegeslacht, een gevaar voor de volksgezondheid? Antwoord van het RIVM: nee, onder normale omstandigheden niet.

Kortom, die focus op de E.coli-bacterie is overtrokken.

Kan het hele onderzoek daarmee van tafel? Nee. Haren, afgeknipte nagels, vlekken op matrassen, gele kringen op hoofdkussens, druipsporen – dat is onacceptabel.

Maar de rest van dit ‘onderzoek’ van de Consumentenbond gaat me te ver. Dit riekt naar smetvrees, ofwel mysofobie.

Veruit de meeste huurders delen die mening.

ConsumentenbondEigen ervaring

Ik spreek uit ervaring. De aanstaande en ik hebben sinds een jaar of tien zelf een vakantiehuisje in het Overijsselse Vechtdal. Gekocht om er zelf te recreëren. Ik wilde buiten wonen, de aanstaande in de stad. Door de week in de stad en ‘s weekends in een recreatiebungalow werd het compromis. Bijna ieder weekend reden we erheen. Tot groot genoegen, ook van de aanstaande. Ze was al snel om was: we gingen permanent buiten wonen. Aldus geschiedde. Het huisje ging in de verkoop. Maar er was geen koper te vinden. De markt voor tweede huisjes was tijdens de crisis nog slechter dan de gewone huizenmarkt.

Dan maar verhuren. Dat loopt aardig – het levert meer op dan een spaarrekening. Maar louter kwispelstaarten: nee, dat is er niet bij. Temeer omdat we alles zelf doen. Tegen wil en dank. Een beheerder is niet te vinden, laat staan een schoonmaker. Annonces in de plaatselijke supermarkt, een queeste op het park: lou loene.

Dus vegen, zuigen, lappen, legen, boenen en soppen we zelf. Zo’n twee uur per schoonmaakbeurt. Tot tevredenheid van onze huurders. Een enkeling daargelaten.

Zo kregen we een keer een slechte recensie omdat er nog een gebruikt koffiefilter in het koffiezetapparaat zat.

Huilbezem

En we hadden een keer bijzonder gasten uit België: een al wat oudere man en vrouw. Aardige mensen, mensen van weinig woorden. Maar bij het zien van de stofzuiger (‘huilbezem’) tijdens de rondleiding begon zij plots te glunderen. “Kuisen – Vlaams voor schoonmaken, red. – dat mag mijnen vrouw graag doen he,” vertelde de man.

De aanstaande en ik keken elkaar vol verbazing aan.

De man had niets teveel gezegd. Toen we na een week weer in het huisje kwamen was alles spic en span. Schoner dan ooit tevoren. Tot aan de voegen tussen de tegels in de douche toe.

De gasten hadden het naar het zin gehad. Maar er was wel een puntje van kritiek: de ‘properheid van het huiske’ kon beter.

Op de eettafel lag een briefje. De gasten hadden het naar het zin gehad. Maar er was wel een puntje van kritiek: de ‘properheid van het huiske’ kon beter. Met daaronder een waslijst aan ‘viezigheden’ – deurkruk niet gepoetst, stof onder de kast en op het sleutelkastje, meterkast onvoldoende proper.

Even waren we beduusd. Daarna moesten we er hard om lachen.

Hadden ze bij Roompot ook moeten doen.