Spring naar de content
bron: anp

Koningsdagspecial: wat gebeurde er met het slaafje Toto dat prins Bernard kado kreeg van zijn vader?

Arthur van Amerongen duikt in de geschiedenis van Toto, een piepjong geweerdragertje dat de vader van prins Bernhard na een lange jachtreis door Tanzania als souvenir meenam naar Duitsland.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Arthur van Amerongen

Ja, dat wilt u natuurlijk allemaal dolgraag weten, wat er met het slaafje Toto is gebeurd, maar u kent mij: eerst even een opwarmende inleiding ter gelegenheid van de Koningsdag.

Ik vergelijk ons koningshuis graag met musicals: nichten en huisvrouwen zijn er dol op en er is ook nog een allegaartje van nondescripte D66-tiepjes die aan hermelijnkoorts lijden, zoals Kajsa Ollongren en Laurens Jan Brinkhorst. Laat ik vooropstellen dat ik met een blind respect voor ons koningshuis ben opgegroeid. Mijn moeder was vernoemd naar vorstin Wilhelmina en het had niet veel gescheeld of ik had Hendrik geheten. Ik herinner mij als de dag van gisteren dat meneer Van de Belt, onze Amsterdamse klusjesman, eens een hele tirade hield tegen prins Hendrik terwijl hij de toiletpot ontstopte. ‘Die gore schuinsmarcheerder heb nog met zijn ranzige jatten aan mijn moesje gezeten toen ze door het Vondelpark naar haar werk als dienstbode in de P.C. Hoofstraat liep. En zeg godverdomme niet dat ik lijk op die dronken hoerenloper!’ Mijn moeder ontplofte na het aanhoren van zoveel Mokumse liederlijkheid en smeet de arme arbeider bij kop en kont het huis uit. Gelukkig heeft het goede mens niet meer hoeven mee te maken dat ik lid werd van het Republikeins Genootschap.

Abboneer op een lidmaadschap

Flinke korting op een digitaal jaarabonnement

Sluit nu voordelig een abonnement af en maak kennis met de journalistieke kracht van HP/De Tijd. (Op elk moment opzegbaar.)

Kies een abonnement

De meerderheid van het volk is net als ik helemaal klaar met de rijkste steuntrekkers van Nederland, die ook nog eens notoir gierig en inhalig zijn. De populariteit van de Oranjes is terecht op een dieptepunt geraakt. Goed moment om de duurste Koningsdag ooit te organiseren! Rotterdam heeft vier miljoen euro in de nationale feestdag gestoken, die dit jaar extra speciaal is vanwege het tienjarig jubileum van Willem-Alexander. De Havenstad heeft Koningsdag een jaar geleden al binnengehaald en de stad heeft er een tiendaags festijn van gemaakt. Van de vier miljoen euro aan kosten haalt de stad 1,5 miljoen euro op bij het bedrijfsleven en fondsen, terwijl de gemeente zelf 2,5 miljoen euro in het evenement steekt.

En nu is er weer dat gedoe met die lintjes. Mitchell Esajas, een van de voormannen van protestbeweging Kick Out Zwarte Piet, heeft woensdag een koninklijke onderscheiding gekregen. Hij is benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. De Amsterdamse burgemeester Femke Halsema gaf hem de onderscheiding tijdens een bijeenkomst in het Concertgebouw in de hoofdstad. Who’s next? Volkert van der Graaf? Een van de paarden van prinses Beatrix is notabene naar Volkert vernoemd. Taghi? Willem Holleeder? Sander Schimmelpenninck? Het op sterven na dode D66 wil nu een nationale eremedaille voor mensen die een koninklijk lintje weigeren. 

Het koningshuis komt mij al jaren de neus uit en dat stompzinnige lintjesgedoe ook, en al helemaal toen Henk Schiffmacher door burgemeester Eberhard van der Laan (de vrede zij met hem) met een lintje werd onderscheiden. “Het heeft Zijne Majesteit de Koning behaagd, u, eindbaas Hanky Panky, te benoemen tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau.” Schiffmacher zag er uit als een kruising tussen Willie Nelson, Pipo de Clown en een theedoek van de Blokker.

Overigens – en dat mag ook wel eens gezegd worden – was het D66-regent Thom de Graaff die de Koning alle officiële betrokkenheid bij de regering wilde afnemen en ook Pechtold was niet dol op de Oranjes. Maar het clubje oranje-adepten binnen D66 heeft gewonnen. Kijk maar naar de publiekelijke vrijage tussen fopjonkvrouw Ollongren en prinses Beatrix. En wat te denken van Laurens Jan Brinkhorst, bekend van de hupsakeetjes in de luxewagen van de zaak, in de tijd van de baas, én van zijn bijzonder innige contacten met Beatrix. Het altijd zeer goed geïnformeerde en onverdachte kappersblad Story schreef daarover:

“De moeder van minister Laurens Jan Brinkhorst wilde graag dat haar zoon met een adellijk meisje zou trouwen, om zo in hoger aanzien te komen. Maar het betreffende gravinnetje had daar helemaal geen zin in. ‘Ik vond Laurens Jan veel te serieus. Hij heeft me nog een keer meegenomen naar een bal in Leiden, waar ik me stierlijk heb verveeld,’ aldus de gravin in Privé. Uit arren moede trouwde Brinkhorst toen maar met een huisgenote van koningin Beatrix. Het laat zich raden dat pa en ma later hun dochter Petra Laurentien behoorlijk hebben gepusht om bij de prinsjes aan te pappen. En dat lukte gelukkig wél; Laurentien sloeg prins Constantijn aan de haak. Maar dat was nog niet voldoende, de familie wilde ook een familiewapen hebben. Ze leenden dat van ene ‘Van Brinckhorst’ uit de 17e eeuw, terwijl dat helemaal geen familie blijkt te zijn. Beatrix kneep echter een oogje dicht voor haar schoondochter en Laurentien mag nu bij Koninklijk Besluit een vlaggetje met ‘haar’ familiewapen op haar auto zetten.”

Enfin. Het koningshuis komt mij al jaren de neus uit en dat stompzinnige lintjesgedoe ook, en al helemaal toen Henk Schiffmacher door burgemeester Eberhard van der Laan (de vrede zij met hem) met een lintje werd onderscheiden. “Het heeft Zijne Majesteit de Koning behaagd, u, eindbaas Hanky Panky, te benoemen tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau.” Schiffmacher zag er uit als een kruising tussen Willie Nelson, Pipo de Clown en een theedoek van de Blokker. De uitverkoop van die lintjesrommel begon met het slechten van de muur tussen ons koningshuis en de hoi polloi: Beatrix die zonder lijfwachten en omringd door gillende relnichten ging wandelen in de Jordaan, in een krampachtige poging de hearts & minds van het klootjesvolk te winnen.

Overigens heeft Bea een heel leuk broertje: de gevierde auteur Oscar van den Boogaard, een heuse zoon van prins Bernhard. De schrijver hoorde het nieuws voor het eerst van zijn moeder toen hij veertien was, nadat ze samen naar een concert op een kasteel geweest waren waar prins Bernhard ook aanwezig was. Midden jaren ‘50 was zij in contact gekomen met de koninklijke familie.

“Ze liepen recht op elkaar af. Ze omhelsden elkaar. Ik keek ernaar en voelde: het is net alsof iets zich nu herstelt,” aldus Van den Boogaard. Zijn moeder was in die tijd aan alcohol verslaafd. “Ik heb nooit een DNA-test willen doen, maar er is geen enkele twijfel”, zei de auteur hierover op 10 februari in een uitgebreid gesprek met NRC Handelsblad. Van den Boogaard heeft net deel drie van zijn trilogie uitgebracht. 

Van den Boogaard is een goeie kerel want hij schreef vorige week een waardig In Memoriam over onze gemeenschappelijke vriend Jan Haerynck, die in zijn slaap overleed aan een infectie. Het was een aangekondigde dood. Een van Jan’s benen was al geamputeerd en het woord brokkenpiloot dekt niet de lading. Jan was een van de beste journalisten van zijn tijd. Hij nam het liefje van Theo van Gogh over, Hermine Landvreugd. Het ging mis toen bleek dat hij een verhaal voor de Volkskrant over de ontvoering van een kind bij Disneyland in Parijs uit zijn duim bleek te hebben gezogen

En dan nu de portee van mijn preek: Rob Muntz, bekend van de Interprovinciale Oranjequiz die verboden werd door de VPRO, is al maanden bezig met het maken van een podcast waarin hij op zoek gaat naar het leven van het slaafje Toto Hamishi, dat rond 1906/1907 cadeau werd gegeven aan prins Bernhard. Bernhards vader, prins Bernhard zur Lippe, nam Toto (een piepjong geweerdragertje) als een souvenir mee naar Duitsland, na een lange jachtreis door Tanzania. Toto was zeven jaar lang het speelkameraadje van de kleine prins Bernhard op het kasteel Reckenwalde in Duitsland, nu gelegen in het huidige Polen. In 1916 verdween Toto van de aardbodem. Zijn geboortedatum is onbekend, evenals zijn geboorteplaats. Volgens prins Bernhard heette hij Toto Hamishi, maar dat betekent in het Swahili zoveel als ‘het jongetje Hamishi’ en dat is een veelvoorkomende voornaam in Tanzania. Er is schriftelijk bewijs van zijn bestaan, want Toto wordt beschreven in de koninklijke archieven. 

Bernhards vader, prins Bernhard zur Lippe, nam Toto (een piepjong geweerdragertje) als een souvenir mee naar Duitsland, na een lange jachtreis door Tanzania.

Jachtsafari’s waren de favoriete vrijetijdsbesteding van adellijke types en in 1904 publiceerde de vader van Bernhard zelfs een boek over zijn avonturen: In den Jagdgründen Deutsch-Ostafrikas. Erinnerungen aus meinem Tagebuch mit einem kurzen Vorwort über das Ostafrikanische Schutzgebiet.

Daarin schrijft de papa van Benno onder andere: “Het is niet zo dat negers niet slimmer zijn dan apen, zoals weleens wordt beweerd, maar ze zijn anders slim, meer instinctmatig.”

Rob Muntz: “Annejet van der Zijl is ook bezig geweest met de speurtocht naar Toto. Ik heb haar geraadpleegd. Zij schreef onder andere dit in Het Parool: “In 1907 ging Bernhards 32-jarige vader weer eens op trofeeënjacht in Tanzania. Kort na zijn terugkomst reed Armgard von Cramm opeens rond in haar koetsje met een als lakei gekleed zwart jongetje van ongeveer zeven jaar oud. Dat was de arme Toto, die tijdens de safari als geweerdrager van Bernhards vader had gefunctioneerd en kennelijk samen met de luipaardvellen en de olifantenslagtanden naar Europa verscheept was als trofee. Armgard was zo onder de indruk van haar exotische geschenk, dat ze die zomer vrijend in een schuurtje werden betrapt. In 1936 vertelde Bernhard dit: ’Toto bleef zeven jaar op ons landgoed en zijn bijzondere verschijning maakte hem heel succesvol bij de dorpsmeisjes,’ vertelde hij. ‘Maar toen hij geslachtsrijp werd, werden alle meisjes verliefd op hem en werd hij vervelend. Ze hebben Toto toen naar Londen gestuurd, waar hij Swahili ging doceren.’”

Muntz: “Wie was hij? Een halfbroer, een Afrikaanse prins of gewoon slaafje? Wat is er van hem geworden? Waar en wanneer is hij geboren en overleden? Hoe is de levensgeschiedenis van Toto verlopen na zijn gedwongen vertrek uit Duitsland op ongeveer zeventienjarige leeftijd? Hoe verweesd moet deze kleine zwarte jongen zijn geweest? Heeft hij in Londen een goed leven voor zichzelf weten op te bouwen?”

“Toto is in Londen les gaan geven in Swahili, zo wil de overlevering van prins Bernhard persoonlijk. Zou hij ooit zijn geboorteland of ouders nog hebben teruggezien? Zijn er eventuele kinderen of kleinkinderen van Toto te vinden en wat weten zij van zijn levensgeschiedenis? Waar ligt Toto begraven? Dit en vele vragen meer is waar ik gedegen naar op zoek ben. De zoektocht naar het slaafje Toto Hamishi is gezien de huidige discussie over de herstelbetalingen voor de slavernij, Keti Koti als nationale feestdag, de zwarte onderdanige personages op de Gouden Koets en de rol van het Koningshuis tijdens de slavernij (waar Willem-Alexander in 2021 een twee jaar durend onderzoek naar is gestart) een zeer actueel onderwerp, waar de komende jaren nog veel over gezegd en geschreven zal worden.”

Muntz vervolgt: “Ik ben regelmatig te vinden bij de Koninklijke Archieven op Paleis Noordeinde, op zoek naar meer aanwijzingen. Deze zomer ga ik naar het kasteel in Reckenwalde, waar prins Bernhard met Toto heeft gewoond en ga ik langs bij de burgerlijke stand aldaar. Dit is nog niet eerder gebeurd door andere onderzoekers. Ik ga ook naar Tanzania en bezoek de vermoedelijk locatie waarvandaan Toto is meegenomen en ga langs bij het voormalige landgoed van prins Bernhard. Heeft hij dit wellicht ooit gekocht voor Toto? Ook zal ik de komende maanden veel in Londen zijn en me begeven in de Oost-Afrikaanse gemeenschap. Op zoek naar eventuele nazaten, oud-leerlingen, boeken en geschriften, etc.”

Alle tips zijn welkom! En verder wens ik iedereen een fijne Koningsdag! Leve de koning!

Met uw donatie steunt u de onafhankelijke journalistiek van HP/De Tijd. Word donateur of word lid, al vanaf €4 per maand.